Typologie(ën)
opbrengsthuis
gelijkvloers met handelszaak
gelijkvloers met handelszaak
Ontwerper(s)
Constantin DELPLACE – architect – 1895
Stijlen
Eclectisme
Neoclassicisme
Inventaris(sen)
- Permanente actualisatie van de inventaris van het Bouwkundig Erfgoed (DPC-DCE)
Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)
- Esthetisch
- Historisch
- Sociaal
- Stedenbouwkundig
Onderzoek en redactie
2020-2022
id
Urban : 40223
Beschrijving
Geheel
van vier opbrengsthuizen met neoclassicistische inslag, gebouwd als ‘huis met
hal en woonvertrekken’ in opdracht van Adolphe Delhaize & Co, naar
een ontwerp van architect Constantin Delplace, 1895.
Oorspronkelijk werd de benedenverdieping van nr. 30, 32 en 34 ingenomen door een grote kruidenierszaak.
Gevels met drie en een halve bouwlaag, bepleisterdMuur of plafond bedekt met een laag mortel op basis van een mengsel van kalk, gips of cement en zand, met of zonder andere fijne toeslagmaterialen. en met schijnvoegenImitatievoeg in metsel - of pleisterwerk, aangebracht om regelmatige verdeling te bewerkstelligen of bijvoorbeeld natuurstenen parement (simili) te suggereren., met hardstenen elementen. Drie traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) op nr. 28, 30 en 32; op nr. 34 drie traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) aan de kant van iedere straat en een hoektraveeTravee op de hoek (meestal 45°) van een gebouw.. Rechthoekige muuropeningen, sommige het resultaat van de verbouwing van winkelvitrines. Doorlopende balkons over twee of drie traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...); gietijzerenHard, bros en niet smeedbaar ijzer; gegoten in herbruikbare mallen; meestal gebruikt voor de borstwering van balkons. borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust.. SchrijnwerkVerzameling van al het (niet-constructief) houten materiaal zoals deuren, vensterkozijnen, erkeronderdelen, kroonlijst, …; bij uitbreiding ook materiaal in aluminium, PVC, ... vervangen.
Oorspronkelijk werd de benedenverdieping van nr. 30, 32 en 34 ingenomen door een grote kruidenierszaak.
Gevels met drie en een halve bouwlaag, bepleisterdMuur of plafond bedekt met een laag mortel op basis van een mengsel van kalk, gips of cement en zand, met of zonder andere fijne toeslagmaterialen. en met schijnvoegenImitatievoeg in metsel - of pleisterwerk, aangebracht om regelmatige verdeling te bewerkstelligen of bijvoorbeeld natuurstenen parement (simili) te suggereren., met hardstenen elementen. Drie traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) op nr. 28, 30 en 32; op nr. 34 drie traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) aan de kant van iedere straat en een hoektraveeTravee op de hoek (meestal 45°) van een gebouw.. Rechthoekige muuropeningen, sommige het resultaat van de verbouwing van winkelvitrines. Doorlopende balkons over twee of drie traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...); gietijzerenHard, bros en niet smeedbaar ijzer; gegoten in herbruikbare mallen; meestal gebruikt voor de borstwering van balkons. borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust.. SchrijnwerkVerzameling van al het (niet-constructief) houten materiaal zoals deuren, vensterkozijnen, erkeronderdelen, kroonlijst, …; bij uitbreiding ook materiaal in aluminium, PVC, ... vervangen.
Bronnen
Archieven
GAK/DS 30 (1895); 28: 2220-61 (1930), 2804-34 (1935); 30: 1147-1 (1921), 1864-60 (1927), 2181-22 (1930), 3212-47 (1939 ; 32: 1181-22 (1922), 1876-72 (1927); 34: 1198-5 (1922), 1687-63 (1925).