Typologie(ën)

burgerwoning

Ontwerper(s)

Paul PIQUETarchitect1910

Stijlen

Beaux-Artsstijl

Inventaris(sen)

  • Actualisatie van de Urgentie-Inventaris (Sint-Lukasarchief - 1993-1994)
  • Actualisatie van het inventarisatieproject van het Bouwkundig Erfgoed (DMS-DML - 1995-1998)
  • Permanente actualisatie van de inventaris van het Bouwkundig Erfgoed (DPC-DCE)
  • Urgentie-inventaris van het bouwkundig erfgoed van de Brusselse agglomeratie (Sint-Lukasarchief 1979)
  • Het monumentale erfgoed van België. Vorst (DPC-DCE - 2014-2020)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

  • Artistiek
  • Esthetisch
  • Historisch

Onderzoek en redactie

2014-2016

id

Urban : 36832
lees meer

Beschrijving

Burgerhuis in Beaux-ArtsstijlArchitectuurstroming (ca. 1905-1930) met reminiscenties aan de grote Franse architectuurstijlen uit de 18e eeuw. Rijk en zorgvuldig gedecoreerde gevels in natuursteen en/of simili of in combinatie met baksteen. Borstweringen en poorten in fraai uitgewerkt smeedwerk., n.o.v. architect Paul Picquet (signatuur op de gevel), 1910.

Maakt deel uit van een opmerkelijke huizenrij van nr.92 tot nr.114.


Opstand van drie bouwlagen, met symmetrische compositie op de verdiepingen. Gevel bekleed met witsteen, op een hardstenen sokkel. Rechthoekige, rondbogige of getoogde muuropeningen. Benedenverdieping versierd met verdiepte schijnvoegenImitatievoeg in metsel - of pleisterwerk, aangebracht om regelmatige verdeling te bewerkstelligen of bijvoorbeeld natuurstenen parement (simili) te suggereren.; smeedijzeren deur rechts geflankeerd door een getralied vensterLicht- en/of luchtopening in een muur. met borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. met balustersVaasvormige spijl van een borstwering.. Op de centrale traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...), gebogen balkon op de eerste verdieping, gewelfd op de tweede, allebei met ijzeren borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust.. Centrale dakkapelUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap. met oculusKlein rond, ovaal of polygonaal venster.. Raamwerk vervangen naar oorspronkelijk model.

Achteruitbouwstrook gedeeltelijk aangelegd als tuintje en afgesloten door ijzeren traliewerk op hardstenen sokkel.


Bronnen

Archieven
GAV/DS 5133 (1910), 22259 (1998).