Typologie(ën)

burgerwoning

Ontwerper(s)

Stijlen

Neoclassicisme

Inventaris(sen)

  • Actualisatie van de Urgentie-Inventaris (Sint-Lukasarchief - 1993-1994)
  • Actualisatie van het inventarisatieproject van het Bouwkundig Erfgoed (DMS-DML - 1995-1998)
  • Het monumentale erfgoed van België. Sint-Joost-ten-Node (DMS-DML - 1994-1997)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

  • Artistiek
  • Esthetisch
  • Historisch
  • Stedenbouwkundig

Onderzoek en redactie

1993-1995

id

Urban : 10811
lees meer

Beschrijving

Neoclassicistisch geïnspireerd huis waarvoor bouwaanvraag uit 1869.

Drie bouwlagen volgens verkleinende ordonnantie + souterrainHoge kelder of half verzonken verdieping. en drie traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...). BepleisterdeMuur of plafond bedekt met een laag mortel op basis van een mengsel van kalk, gips of cement en zand, met of zonder andere fijne toeslagmaterialen. lijstgevel. Begane grond gedeeltelijk met schijnvoegenImitatievoeg in metsel - of pleisterwerk, aangebracht om regelmatige verdeling te bewerkstelligen of bijvoorbeeld natuurstenen parement (simili) te suggereren., verlicht door twee getraliede souterrainvensters waarboven twee rechthoekige verdiepte venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. op doorlopende  lekdrempel, voorzien van diamantkopsleutel en panelen op borstweringen1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. met dropmotief en leeuwenkoppen, links ingang. Verdiepingen met getoogde muuropeningen in geriemde omlijsting met orenUitstekend deel van sommige bouwelementen of -constructies, meestal louter decoratief.. Middenrisaliet met twee deurvensters, in tweede bouwlaag ingeschreven tussen pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel. met schachtringen; balkons op voluutconsoles en opengewerkte, gecementeerdeMet portlandcement bestrijken. en bepleisterdeMuur of plafond bedekt met een laag mortel op basis van een mengsel van kalk, gips of cement en zand, met of zonder andere fijne toeslagmaterialen. leuningen die in de derde bouwlaag de initialen 'G.F.V.G.' dragen.

Bronnen

Archieven

GASJ/DS/OW 805 (1869).