Typologie(ën)

appartementsgebouw

Ontwerper(s)

Auguste DE ROIJarchitect1914

Stijlen

Eclectisme

Onderzoek en redactie

1997-2004

id

Urban : 6488
lees meer

Beschrijving

Opbrengsthuis in eclectische stijl met polychroom parementGangbaar geveltype in België tussen 1890 en 1914, gekenmerkt door een speelse verwerking van kleurrijke materialen en tal van ornamenten; vaak gevels met een asymmetrische compositie. gesigneerd rechts op sokkel “Aug(uste). De Roij Arch.” en gedateerd boven inrijpoort “ANNO 1914”; Achterliggende conciërgewoning, stallingen en berging (1915); gerenoveerd door ‘Sint-Gillishaard' (arch. Chantal Evrard en Jean-Benoît Fontigny, 1999) met omvorming van benedenverdieping, een achterhuis tot wooneenheden en afbraak van ander achterhuis voor aanleg van gemeenschappelijke koer.

Symmetrische gevel met vijf bouwlagen en vier ongelijke traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...). Bakstenen gevel met hardstenen elementen geritmeerd door lisenenDecoratieve, uitspringende, verticale geleding, vaak met andere liseen verbonden door boog(fries).. Hardstenen benedenverdieping met centrale inrijpoort onder korfboogBoog samengesteld uit een aantal ineenvloeiende cirkelbogen die samen nagenoeg een liggende ellips vormen. en links en rechts voormalige winkelpui met rechthoekige vensterLicht- en/of luchtopening in een muur. en deur en toegang tot verdiepingen, geheel onder doorlopende  I-balkIJzeren latei met I-profiel..
Op verdiepingen rond- of korfboogvensters met polychrome ontlastingsbogenBoog boven een venster- of deuropening die druk van het muurwerk op de stijlen afwentelt en zo het linteel ontlast.. Twee centrale traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) met balkons volgens verkleinende ordonnantie met gebuikteMet een buik staand; welvend oppervlak dat een ongelijkmatige boogwerking vertoont. gietijzerenHard, bros en niet smeedbaar ijzer; gegoten in herbruikbare mallen; meestal gebruikt voor de borstwering van balkons. borstweringen1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust.; drielichtenGroep van drie smalle vensters binnen dezelfde omlijsting, onderling gescheiden door deelzuiltjes of stijlen/monelen; centraal venster soms hoger dan beide andere. in tweede en derde bouwlaag en tweelichtenTweedelige lichtopening, door deelzuiltje gesplitst. in vierde bouwlaag.
Kroonlijst op slanke consolesVoornamelijk voluut- of S-vormig kraagstuk, soms ook louter decoratief.. Bewaard ijzer- en schrijnwerkVerzameling van al het (niet-constructief) houten materiaal zoals deuren, vensterkozijnen, erkeronderdelen, kroonlijst, …; bij uitbreiding ook materiaal in aluminium, PVC, ...  vervangen.

Bronnen

Archieven
GASG/DS 188 (1914), 44 (1915), 1999-086 (1999).