Typologie(ën)

woning

Ontwerper(s)

Stijlen

Eclectisme

Onderzoek en redactie

1997-2004

id

Urban : 2802
lees meer

Beschrijving

Twee gelijkaardige huizen in eclectische stijl met polychroom parementGangbaar geveltype in België tussen 1890 en 1914, gekenmerkt door een speelse verwerking van kleurrijke materialen en tal van ornamenten; vaak gevels met een asymmetrische compositie. en asymmetrische compositieTypische gevelopstand bestaande uit twee ongelijke traveeën; in Brussel komt dit geveltype vaak voor met drie bouwlagen volgens verkleinende ordonnantie; de hoofdtravee is meestal breder, rijker uitgewerkt en wordt verder benadrukt door licht vooruit te springen en/of door één of meer balkons; de kelders zijn meestal hoog, wat zich vertaalt in een hoge onderbouw; het grondplan bestaat over het algemeen uit een aaneenschakeling van kamers., ca. 1900.

Bakstenen gevel met hardstenen elementen. Rechthoekige venstersLicht- en/of luchtopening in een muur., op nr. 29 licht getoogd op toegangstraveeTravee waarin de toegang is ondergebracht.. Deur onder rondboogvormig impostvensterVenster boven een deur en ervan gescheiden door een stenen dorpel, een entablement of een muurvlak. met sleutelSluitsteen van een opening; weerhoudt de gewelfstenen in een boog of gewelf. en bolvormige bekroning. Op benedenverdieping vensterLicht- en/of luchtopening in een muur. met hardstenen omlijsting en smeedijzeren borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust.. Op hoofdtraveeBredere en rijker uitgewerkte travee, meestal van een huis met asymmetrische compositie; vaak in risaliet en onder bekronende topgevel. balkons met smeedijzeren borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust., behalve in derde bouwlaag op nr. 29. Op nr. 31 muuropeningen op verdiepingen van hoofdtraveeBredere en rijker uitgewerkte travee, meestal van een huis met asymmetrische compositie; vaak in risaliet en onder bekronende topgevel. geflankeerd door dunne pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel.; op nr. 29 latei en bovenstuk van omlijsting geprofileerd. Bewaard schrijnwerkVerzameling van al het (niet-constructief) houten materiaal zoals deuren, vensterkozijnen, erkeronderdelen, kroonlijst, …; bij uitbreiding ook materiaal in aluminium, PVC, ... .