Typologie(ën)
Ontwerper(s)
Jean-Joseph DE WIT – aannemer, architect – 1893
Stijlen
Onderzoek en redactie
id
Beschrijving
Huis met neoclassicistische inslag en symmetrische compositieTypische gevelopstand bestaande uit drie gelijke traveeën; in Brussel komt dit geveltype vaak voor met drie bouwlagen volgens verkleinende ordonnantie; de centrale travee wordt in vele gevallen rijker uitgewerkt en benadrukt door haar licht te laten uitspringen en/of door één of meerdere balkons; het grondplan bestaat over het algemeen uit een aaneenschakeling van kamers. n.o.v. arch. Jean-Joseph De Wit, 1893.
Hardstenen benedenverdieping Rechthoekige muuropeningen; latei op benedenverdieping bezet met diamantkoppenPiramidaal ornament (3 of 4 zijden), onder andere gebruikt in banden en friezen.. Centraal balkon. Borstweringen1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. met stenen consolesVoornamelijk voluut- of S-vormig kraagstuk, soms ook louter decoratief. of neutenpanelenU-vormig sierpaneel.. Deur, schrijnwerkVerzameling van al het (niet-constructief) houten materiaal zoals deuren, vensterkozijnen, erkeronderdelen, kroonlijst, …; bij uitbreiding ook materiaal in aluminium, PVC, ... en ijzerwerkVerzameling van alle metalen elementen van een gebouw. vervangen.
Bronnen
Archieven
GASG/DS 113 (1893).