Typologie(ën)

opbrengsthuis
gelijkvloers met handelszaak

Ontwerper(s)

J. VAN SCHAIKarchitect1909

Stijlen

Eclectisme
Art nouveau

Inventaris(sen)

  • Actualisatie van het inventarisatieproject van het Bouwkundig Erfgoed (DMS-DML - 1995-1998)
  • Het monumentale erfgoed van België. Schaarbeek (Apeb - 2010-2015)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

  • Artistiek
  • Esthetisch
  • Historisch
  • Landschappelijk
  • Stedenbouwkundig

Onderzoek en redactie

2012-2013

id

Urban : 22269
lees meer

Beschrijving

Opbrengsthuis met commerciële benedenverdieping, in eclectische stijl met art-nouveau-inslag, n.o.v. architect J. V. Schaik, 1909.

Dezelfde architect ontwierp ook de gebouwen ertegenover (zie nr. 24-26 tot 32 Maurice des Ombiauxstraat, en 71 tot 75 Monplaisirlaan).

Opstand van vier bouwlagen onder plat dak, de laatste behandeld als mansarde op sommige traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...), oorspronkelijk onder topgevelHoogste deel van een gevel, vaak driehoekig en/of getrapt. op andere traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...), verwijderd na 1957. Vijf traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) langs de straat en twee langs de laan, verbonden door een hoektraveeTravee op de hoek (meestal 45°) van een gebouw..
Gevel in geelgekleurde baksteen versierd met geverniste groene baksteen en hardsteen. De meeste venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. onder I-balkIJzeren latei met I-profiel. en ontlastingsboogBoog boven een venster- of deuropening die druk van het muurwerk op de stijlen afwentelt en zo het linteel ontlast., op benedenverdieping als arcatuur. TimpanenMonumentaal driehoekig of segmentvormig boogveld, meestal besloten in een fronton; vaak rijkelijk versierd. versierd met sgraffiti met bloemenmotieven, thans verborgen aan de kant van de laan. Langs de straat, derde traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) voorzien van een houten erkerRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld. op metalen korbelen1. Diagonale houten balk ter ondersteuning van overkragende elementen zoals een luifel, een kroonlijst,…; 2. Balk om de verbinding tussen trekker en spantbeen in een kapspant te versterken. en bekroond door een terras; erboven, drielichtGroep van drie smalle vensters binnen dezelfde omlijsting, onderling gescheiden door deelzuiltjes of stijlen/monelen; centraal venster soms hoger dan beide andere. met centraal Frans balkonBorstwering tussen de dagkanten van een naar binnen openslaand venster dat tot de vloer doorloopt.. Bewaarde kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). op consolesVoornamelijk voluut- of S-vormig kraagstuk, soms ook louter decoratief.. Mansarde met klimmende dakkapellenDakkapel met overkapping die in dezelfde richting helt als het dakvlak..
Hoektravee met oorspronkelijk een gestapelde erkerRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld. op metalen korbelen1. Diagonale houten balk ter ondersteuning van overkragende elementen zoals een luifel, een kroonlijst,…; 2. Balk om de verbinding tussen trekker en spantbeen in een kapspant te versterken., in 1957 vervangen door twee balkons (n.o.v. architect G. Vanvolsem) met behoud van het oorspronkelijke voetstuk. De brede deur werd op latere datum in een vensterLicht- en/of luchtopening in een muur. gewijzigd.
Bewaarde deur langs de straat. RaamwerkVast of bewegend houten of metalen omlijsting van een ruit binnen een kozijn. en schrijnwerkVerzameling van al het (niet-constructief) houten materiaal zoals deuren, vensterkozijnen, erkeronderdelen, kroonlijst, …; bij uitbreiding ook materiaal in aluminium, PVC, ...  van de erkerRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld. vervangen. Smeedijzeren borstweringen1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. vervangen.

Bronnen

Archieven
GAS/DS 196-69, 188-23.