Typologie(ën)

burgerwoning

Ontwerper(s)

J. DECOCKarchitect1906

Stijlen

Eclectisme

Inventaris(sen)

  • Actualisatie van de Urgentie-Inventaris (Sint-Lukasarchief - 1993-1994)
  • Actualisatie van het inventarisatieproject van het Bouwkundig Erfgoed (DMS-DML - 1995-1998)
  • Het monumentale erfgoed van België. Schaarbeek (Apeb - 2010-2015)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

  • Artistiek
  • Esthetisch
  • Historisch
  • Landschappelijk
  • Stedenbouwkundig

Onderzoek en redactie

2013-2014

id

Urban : 23089
lees meer

Beschrijving

Geheel van twee burgerhuizen in eclectische stijl met symmetrische compositieTypische gevelopstand bestaande uit drie gelijke traveeën; in Brussel komt dit geveltype vaak voor met drie bouwlagen volgens verkleinende ordonnantie; de centrale travee wordt in vele gevallen rijker uitgewerkt en benadrukt door haar licht te laten uitspringen en/of door één of meerdere balkons; het grondplan bestaat over het algemeen uit een aaneenschakeling van kamers., rug aan rug gebouwd en oorspronkelijk identiek, nr. 90 gesigneerd op de onderbouwHoge sokkel, reikend tot ongeveer het midden van de toegang; meestal in hardsteen. “J. DECOCK / ARCHITECTE.”, 1906.

Nr. 332 maakt deel uit van een rij huizen die in hetzelfde jaar werden ontworpen, van nr. 320-322 tot nr. 338-340.

Bakstenen gevels met elementen in witte baksteen en hardsteen. VenstersLicht- en/of luchtopening in een muur. onder I-balkIJzeren latei met I-profiel. en ontlastingsboogBoog boven een venster- of deuropening die druk van het muurwerk op de stijlen afwentelt en zo het linteel ontlast.. Centrale traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) tussen kolossale pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel. op de verdiepingen. Balkons met gebuikteMet een buik staand; welvend oppervlak dat een ongelijkmatige boogwerking vertoont. gietijzerenHard, bros en niet smeedbaar ijzer; gegoten in herbruikbare mallen; meestal gebruikt voor de borstwering van balkons. borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust.. Op nr. 332, derde verdieping toegevoegd in 1930 (n.o.v. architect Albert Delcorde) en benedenverdieping op latere datum voorzien van een etalage. Bewaarde houten hoofdgestellenHoog horizontaal lijstwerk ter bekroning van een gevel. en deuren. RaamwerkVast of bewegend houten of metalen omlijsting van een ruit binnen een kozijn. vervangen.

Bronnen

Archieven
GAS/DS 332 Josaphatstraat: 154-332; 90 Kesselsstraat: 163-90.