Typologie(ën)

opslagplaats/loods
woning of opbrengsthuis (onbepaald)
bijgebouwen

Ontwerper(s)

François (alias Frans) HEMELSOETarchitect1907

Stijlen

Eclectisme
Art nouveau

Inventaris(sen)

  • Actualisatie van de Urgentie-Inventaris (Sint-Lukasarchief - 1993-1994)
  • Actualisatie van het inventarisatieproject van het Bouwkundig Erfgoed (DMS-DML - 1995-1998)
  • Het monumentale erfgoed van België. Schaarbeek (Apeb - 2010-2015)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

  • Artistiek
  • Esthetisch
  • Historisch
  • Landschappelijk
  • Stedenbouwkundig

Onderzoek en redactie

2013-2014

id

Urban : 22657
lees meer

Beschrijving

Huis in eclectische stijl met invloed van de art nouveauInternationale beweging (1893 - ca. 1914) als reactie op de ‘neo’-stijlen, maar met sterk lokale verschillen. In België kent de stijl twee stromingen, namelijk de florale art nouveau met Victor Horta als boegbeeld en anderzijds de geometrische art nouveau beïnvloed door Paul Hankar of de Wiener Secession. en met asymmetrische compositieTypische gevelopstand bestaande uit twee ongelijke traveeën; in Brussel komt dit geveltype vaak voor met drie bouwlagen volgens verkleinende ordonnantie; de hoofdtravee is meestal breder, rijker uitgewerkt en wordt verder benadrukt door licht vooruit te springen en/of door één of meer balkons; de kelders zijn meestal hoog, wat zich vertaalt in een hoge onderbouw; het grondplan bestaat over het algemeen uit een aaneenschakeling van kamers., gesigneerd op de onderbouwHoge sokkel, reikend tot ongeveer het midden van de toegang; meestal in hardsteen. “F(rans). HEMELSOET / ARCHITECTE”, 1907. Dezelfde architect ontwierp eveneens de naburige huizen (zie nr. 22, 26, 28 en 32).

Dit huis maakt deel uit van een bijzonder homogene huizenrij, van nr. 2 tot nr. 62.

Opstand van drie bouwlagen op de hoofdtraveeBredere en rijker uitgewerkte travee, meestal van een huis met asymmetrische compositie; vaak in risaliet en onder bekronende topgevel. en twee onder mansarde op de toegangstraveeTravee waarin de toegang is ondergebracht.. Gevel in lichtgetinte baksteen met bewerkte hardstenen elementen. Inrijpoort. HoofdtraveeBredere en rijker uitgewerkte travee, meestal van een huis met asymmetrische compositie; vaak in risaliet en onder bekronende topgevel. geflankeerd door pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel., ingesneden op de eerste verdieping en onder spitsboogvormig topstuk. Imitatieklokgevel met een muuropening met twee monelenStenen vensterstijl.; twee topstukken onder een opmerkelijke asymmetrische makelaar1. Versiering op de nok van een dak in de vorm van een decoratieve metalen, terracotta of houten stang; - 2. Middenstijl van een dakspant.. DrielichtGroep van drie smalle vensters binnen dezelfde omlijsting, onderling gescheiden door deelzuiltjes of stijlen/monelen; centraal venster soms hoger dan beide andere. in elke bouwlaag, met zuilen en pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel. in de eerste, met centrale erkerRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld. bekroond door een terras in de tweede. Terras met smeedijzeren traliewerk tussen twee pijlers1. Muurstut zonder entasis (kromming), mogelijk met basis en kapiteel; - 2. Massief gemetseld of betonnen steunelement met gewoonlijk rechthoekige doorsnede (vb. bruggepijler,…) die tot aan de geveltop reiken. KroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). vereenvoudigd. Gewijzigde houten dakkapelUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap. onder spitsboogvormige geveltop. SchrijnwerkVerzameling van al het (niet-constructief) houten materiaal zoals deuren, vensterkozijnen, erkeronderdelen, kroonlijst, …; bij uitbreiding ook materiaal in aluminium, PVC, ...  bewaard in de eerste twee bouwlagen; deur met getralied bovenlichtBovenste gedeelte van een raam- of deurkozijn, gescheiden door een dwarsregel; soms voorzien van glas-in-lood en/of roeden.. Opmerkelijk smeedijzeren hek bewaard.

Aan de achterzijde van het perceel, gebouw gebruikt als opslagplaats voor hop en als stal, ontworpen in 1908.

Bronnen

Archieven
GAS/DS 87-24, 87-16.

Publicaties en studies
BORSI, F., WIESER, H., Bruxelles. Capitale de l'Art Nouveau, coll. Europe 1900, Éditions J.-M. Collet, Brussel, 1996, p. 301.