Typologie(ën)

burgerwoning

Ontwerper(s)

Auguste ROUSSEAUarchitect1905-1912

Stijlen

Eclectisme

Inventaris(sen)

  • Actualisatie van de Urgentie-Inventaris (Sint-Lukasarchief - 1993-1994)
  • Actualisatie van het inventarisatieproject van het Bouwkundig Erfgoed (DMS-DML - 1995-1998)
  • Het monumentale erfgoed van België. Etterbeek (DMS-DML - 1994-1997)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

  • Artistiek
  • Esthetisch
  • Historisch
  • Stedenbouwkundig

Onderzoek en redactie

1993-1995

id

Urban : 14090
lees meer

Beschrijving

Eclectisch pand met gevel in gele baksteen, zeer waarschijnlijk n.o.v. arch. Auguste ROUSSEAU die ook nr. 53 ontwierp en in 1913 het gebouw van een stal voorzag.

Drie bouwlagen en twee ongelijke traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) waarvan hoofdtraveeBredere en rijker uitgewerkte travee, meestal van een huis met asymmetrische compositie; vaak in risaliet en onder bekronende topgevel. in risalietRisaliet (Italiaans, van risalto: uitstekend deel), vooruitspringend volume van een gevel dat over de hele hoogte doorloopt en soms hoger is; naar gelang de positie worden er midden-, zij- en hoekrisalieten onderscheiden. onder mansardedakGebroken kap of Frans dak met met steile ondervlakken en licht hellende bovenvlakken.. Begane grond verbouwd n.o.v. arch. Léon SMETS (1937): brede rondbogige ingang in arduinen hoekblokomlijsting met uitstralende schijnvoegenImitatievoeg in metsel - of pleisterwerk, aangebracht om regelmatige verdeling te bewerkstelligen of bijvoorbeeld natuurstenen parement (simili) te suggereren.; steekbogige garagepoort met aanzetstukken bekroond door rechthoekig vensterLicht- en/of luchtopening in een muur. met glasraam. Muuropeningen op verdiepingen onder latei en ontlastingsboogBoog boven een venster- of deuropening die druk van het muurwerk op de stijlen afwentelt en zo het linteel ontlast., neutenpanelenU-vormig sierpaneel. op borstweringen1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust.. Oorspronkelijk raamwerkVast of bewegend houten of metalen omlijsting van een ruit binnen een kozijn. met houten roedenverdeling en bollend glas boven tussendorpelStenen dorpel die een deur of venster horizontaal in tweeën deelt.. HoofdtraveeBredere en rijker uitgewerkte travee, meestal van een huis met asymmetrische compositie; vaak in risaliet en onder bekronende topgevel. met stenen erkerRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld. op consolesVoornamelijk voluut- of S-vormig kraagstuk, soms ook louter decoratief.; bekronend balkon met gebuikteMet een buik staand; welvend oppervlak dat een ongelijkmatige boogwerking vertoont. ijzeren leuning vóór drielichtGroep van drie smalle vensters binnen dezelfde omlijsting, onderling gescheiden door deelzuiltjes of stijlen/monelen; centraal venster soms hoger dan beide andere.. Gekorniste kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). op consolesVoornamelijk voluut- of S-vormig kraagstuk, soms ook louter decoratief.. Twee dakvenstersUit het dakvlak opgaand stenen venster dat met de gevel in verbinding staat of er enkel door een kroonlijst van gescheiden is. onder frontonDriehoekige of segmentvormige bekroning van een gevel of muuropening..

Bronnen

Archieven

GAEtt./OW 4793 (1913), 37/225 (1937).