Typologie(ën)
appartementsgebouw
historische lift
historische lift
Ontwerper(s)
Alphonse BOELENS – architect – 1924
Stijlen
Beaux-Artsstijl
Inventaris(sen)
- Actualisatie van het inventarisatieproject van het Bouwkundig Erfgoed (DMS-DML - 1995-1998)
- Het monumentale erfgoed van België. Etterbeek (DMS-DML - 1994-1997)
- Inventaris van de historische liften (Homegrade - DPC)
Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)
- Artistiek
- Esthetisch
- Historisch
- Technisch
- Stedenbouwkundig
Onderzoek en redactie
1993-1995
id
Urban : 13924
Beschrijving
Appartementsgebouw opgetrokken in 1924 n.o.v. arch. Alphonse BOELENS.
Bepleisterde gevel op arduinen plint van zes bouwlagen en vier traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) op de verdiepingen. Natuurstenen lekdrempels en kordonlijsten tussen elke bouwlaag. Centrale getraliede vleugeldeur tussen twee venstersLicht- en/of luchtopening in een muur., korfboogopeningen in platte omlijsting ; hoekrisaliet voorzien van rechthoekig drielichtGroep van drie smalle vensters binnen dezelfde omlijsting, onderling gescheiden door deelzuiltjes of stijlen/monelen; centraal venster soms hoger dan beide andere. met afgeronde hoeken. Op verdiepingen centrale traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) verlicht door gekoppeldeTwee of meerdere identieke bouwelementen (vensters, zuilen, pilasters) die tot een groter (symmetrisch) geheel zijn samengevoegd. venstersLicht- en/of luchtopening in een muur., hoekrisaliet voorafgegaan door over vier verdiepingen doorlopende bow-windowsErker (afk. Engels, van bow: buiging, en window: venster) die door haar gebogen vorm integrerend deel uitmaakt van de gevel en de achterliggende ruimte. op brede lampetvormige uitbuiging met bladwerk ; telkens drie venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. met afgeronde hoeken. Panelen op borstweringen1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. gedecoreerd met gestileerd bladwerk. Laatste terugwijkende verdieping met drie traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) uit 1925 volgens plannen van dezelfde arch.
Bepleisterde gevel op arduinen plint van zes bouwlagen en vier traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) op de verdiepingen. Natuurstenen lekdrempels en kordonlijsten tussen elke bouwlaag. Centrale getraliede vleugeldeur tussen twee venstersLicht- en/of luchtopening in een muur., korfboogopeningen in platte omlijsting ; hoekrisaliet voorzien van rechthoekig drielichtGroep van drie smalle vensters binnen dezelfde omlijsting, onderling gescheiden door deelzuiltjes of stijlen/monelen; centraal venster soms hoger dan beide andere. met afgeronde hoeken. Op verdiepingen centrale traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) verlicht door gekoppeldeTwee of meerdere identieke bouwelementen (vensters, zuilen, pilasters) die tot een groter (symmetrisch) geheel zijn samengevoegd. venstersLicht- en/of luchtopening in een muur., hoekrisaliet voorafgegaan door over vier verdiepingen doorlopende bow-windowsErker (afk. Engels, van bow: buiging, en window: venster) die door haar gebogen vorm integrerend deel uitmaakt van de gevel en de achterliggende ruimte. op brede lampetvormige uitbuiging met bladwerk ; telkens drie venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. met afgeronde hoeken. Panelen op borstweringen1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. gedecoreerd met gestileerd bladwerk. Laatste terugwijkende verdieping met drie traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) uit 1925 volgens plannen van dezelfde arch.
Bronnen
Archieven
GAEtt./OW 5214 (1924), 6397 (1925).
Opmerkelijke bomen in de nabijheid