Typologie(ën)

driegevelvilla

Ontwerper(s)

Jean GILSONarchitect1923

Stijlen

Regionalisme

Onderzoek en redactie

2011-2013

id

Urban : 21512
lees meer

Beschrijving

Halfopen villa met cottage-invloeden n.o.v. architecten Jean Gilson & zoon, 1923.

Bijgebouw voor garages. De twee gebouwen liggen in omgekeerde L ten opzichte van de straat.

Twee bouwlagen in bruingekleurde baksteen, met elementen in similiBepleistering ter imitatie van natuursteen. of witsteen bekroond door een dak met vier hellingen en dakkapellenUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap.. Rechthoekige muuropeningen. RaamwerkVast of bewegend houten of metalen omlijsting van een ruit binnen een kozijn. vervangen.

In Wedrenlaan, gevel van twee traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) met rondbogige deur in een uitspringende portiek1. Open galerij of zuilengang waarvan het dak op zuilen of arcades rust; - 2. Classicistische ruimte vóór een toegangsdeur die terugspringt of niet gelijk is met de voorgevel; - 3. Samenstel van twee zuilen onder architraaf die overgang tussen twee ruimtes accentueert. onder zadeldakDak met twee hellende dakvlakken..
Hoofdgevel aan de zijkant met vijf ongelijke traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...), de drie middelste inspringend, met op de eerste verdieping een loggiaOverdekte, halfopen ruimte; schaduwrijke inham in de gevel van een gebouw. met houten borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust.. Op de zijtraveeën trapezoïdale uitbouwen bekroond door terras met houten borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. (rechts) of onder dak (links). Tweede rondbogige deur op de tweede traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...).
Tegen de achtergevel, bijgebouw van één bouwlaag.

Rechthoekig bijgebouw van één bouwlaag onder mansardedakGebroken kap of Frans dak met met steile ondervlakken en licht hellende bovenvlakken. met dakkapellenUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap.. Hardstenen onderbouwHoge sokkel, reikend tot ongeveer het midden van de toegang; meestal in hardsteen., de rest in baksteen met elementen in witsteen en banden gele baksteen. Dubbele garagepoort.

Voortuin afgesloten door een bakstenen muurtje waarin een bewaarde houten borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. is verankerd.

Bronnen

Archieven
GAE/DS 81-27.