Typologie(ën)
appartementsgebouw
Ontwerper(s)
Isia ISGOUR – architect – 1938
Stijlen
Modernisme
Inventaris(sen)
- Het monumentale erfgoed van België. Elsene (DMS-DML - 2005-2015)
Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)
- Artistiek
- Esthetisch
- Historisch
- Stedenbouwkundig
Onderzoek en redactie
2007-2009
id
Urban : 19267
Beschrijving
Modernistisch appartementsgebouw gesigneerd en gedateerd op benedenverdieping “I. ISGOUR / arch. 1938”.
Zes bouwlagen, laatste als terugspringende attiekverdiepingVerdieping (soms halve verdieping), gelegen net boven de kroonlijst of als terugspringende hoogste verdieping van een gebouw. . Benedenverdieping in Euvillesteen. Verdiepingen in gele baksteen met simili-elementen. Op benedenverdieping breed vensterLicht- en/of luchtopening in een muur., centrale smeedijzeren glasdeurDeur waarvan het grootste deel uit glas bestaat. tussen getrapte dagkantenBinnenkant (tussen muurvlak en kozijn) van de stijlen van een muuropeningen; soms geprofileerd of afgeschuind. en smaller vensterLicht- en/of luchtopening in een muur.. Eerste vier verdiepingen met centrale uitspringende borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. van respectievelijk loggiaOverdekte, halfopen ruimte; schaduwrijke inham in de gevel van een gebouw. en beglaasde erkerRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld.. AttiekverdiepingVerdieping (soms halve verdieping), gelegen net boven de kroonlijst of als terugspringende hoogste verdieping van een gebouw. met terras grenzend aan rooilijn; halfronde borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. verzorgt overgang met terras boven erkerRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld.; boven borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. buisstalen leuning.
Uitgezonderd benedenverdieping, schrijnwerkVerzameling van al het (niet-constructief) houten materiaal zoals deuren, vensterkozijnen, erkeronderdelen, kroonlijst, …; bij uitbreiding ook materiaal in aluminium, PVC, ... vervangen.
Interieur. Studio's en conciërgewoning op benedenverdieping en telkens twee één-slaapkamer-appartementen per verdieping.
Zes bouwlagen, laatste als terugspringende attiekverdiepingVerdieping (soms halve verdieping), gelegen net boven de kroonlijst of als terugspringende hoogste verdieping van een gebouw. . Benedenverdieping in Euvillesteen. Verdiepingen in gele baksteen met simili-elementen. Op benedenverdieping breed vensterLicht- en/of luchtopening in een muur., centrale smeedijzeren glasdeurDeur waarvan het grootste deel uit glas bestaat. tussen getrapte dagkantenBinnenkant (tussen muurvlak en kozijn) van de stijlen van een muuropeningen; soms geprofileerd of afgeschuind. en smaller vensterLicht- en/of luchtopening in een muur.. Eerste vier verdiepingen met centrale uitspringende borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. van respectievelijk loggiaOverdekte, halfopen ruimte; schaduwrijke inham in de gevel van een gebouw. en beglaasde erkerRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld.. AttiekverdiepingVerdieping (soms halve verdieping), gelegen net boven de kroonlijst of als terugspringende hoogste verdieping van een gebouw. met terras grenzend aan rooilijn; halfronde borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. verzorgt overgang met terras boven erkerRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld.; boven borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. buisstalen leuning.
Uitgezonderd benedenverdieping, schrijnwerkVerzameling van al het (niet-constructief) houten materiaal zoals deuren, vensterkozijnen, erkeronderdelen, kroonlijst, …; bij uitbreiding ook materiaal in aluminium, PVC, ... vervangen.
Interieur. Studio's en conciërgewoning op benedenverdieping en telkens twee één-slaapkamer-appartementen per verdieping.
Bronnen
Archieven
GAE/DS 254-43.
GAE/DS 254-43.
Tijdschriften
VAN EVERBROECK, L., 'Immeuble d'appartements, architecte I. Isgour', Bâtir, 85, 1939, pp. 488-489.
VAN EVERBROECK, L., 'Immeuble d'appartements, architecte I. Isgour', Bâtir, 85, 1939, pp. 488-489.