Typologie(ën)

kerk/kathedraal/basiliek

Ontwerper(s)

Auguste VAN NIEUWENBORGarchitect1938-1941

Stijlen

Art deco
Neoromaans

Inventaris(sen)

  • Actualisatie van de Urgentie-Inventaris (Sint-Lukasarchief - 1993-1994)
  • Actualisatie van het inventarisatieproject van het Bouwkundig Erfgoed (DMS-DML - 1995-1998)
  • Het monumentale erfgoed van België. Elsene (DMS-DML - 2005-2015)
  • Kerkkappen in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest 1830-1940 (Urban - 2019)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

  • Artistiek
  • Esthetisch
  • Historisch
  • Wetenschappelijk
  • Technisch
  • Stedenbouwkundig

Onderzoek en redactie

2013-2015

id

Urban : 23536
lees meer

Beschrijving

Deze kerk n.o.v. architect Auguste Van Nieuwenborg, 1938-1941, vermengt art decoTendens tot de geometrisering van vormen en architecturale ornamenten die zich uitdrukt in het materiaal- en kleurgebruik. met de romaanse stijl.

Geschiedenis
De Sint-Adrianuskerk vervangt de gelijknamige kapel aan de Oude Lindesquare, die te klein was geworden voor de pas verstedelijkte wijk (zie Oude Lindesquare nr. 10). Voor het nieuwe gebouw moest de architect rekening houden met een beperkt budget (bijna uitsluitend baksteenwerk). De eerste steen werd op 26.06.1938 gelegd door de kardinaal-aartsbisschop van Mechelen, in aanwezigheid van de burgemeesters Eugène Flagey en Adolphe Max. De kerk werd in 1941 ingewijd.

Plan
De centrale hoofdingang in het westen geeft toegang tot de narthex, met de trappen die naar het oksaal leiden en met aan de ene zijde een doopkapel en aan de andere een kapel. Groot schip van vier traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...), geflankeerd door twee smalle zijbeuken; priesterkoor en koor.

Sint-Adrianuskerk, plan, [i]L’artisan et …[/i], 1, 1946, p. 11.

Beschrijving
Gevels volledig bekleed met grijsroze “Klampsteen”-bakstenen. Spitsboogvormige muuropeningen, sommige blindZonder opening; blind venster, schijnopening.. Decors gevormd door geometrische motieven van bakstenen boven alle muuropeningen (friezen, kepers, kruisen).
Zware klokkentoren ingewerkt in de hoofdgevel, boven een portiek1. Open galerij of zuilengang waarvan het dak op zuilen of arcades rust; - 2. Classicistische ruimte vóór een toegangsdeur die terugspringt of niet gelijk is met de voorgevel; - 3. Samenstel van twee zuilen onder architraaf die overgang tussen twee ruimtes accentueert. met arcadesEén of meerdere bogen, steunend op zuilen of pijlers; kan ook blind zijn. (vijf openingen). De as van de toren wordt beklemtoond door een inspringende behandeling die een schaduwspel schept, en door drie hoge, smalle venstersLicht- en/of luchtopening in een muur..
Schip en koor onder zadeldakDak met twee hellende dakvlakken., aan de zijkant voorzien van driehoekige dakkapellenUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap.. Breed opengewerkte gevels en muuropeningen voorzien van glas-in-loodramen (Danieli). Twee torens bevatten zijingangen maar vormen geen echt dwarsschip.
Kleine gebouwen aan weerszijden van het koor, met de sacristie en de kosterwoning, onder een dak voorzien van dakkapellenUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap. onder tentdak met bolvormig topstuk.

Sint-Adrianuskerk, koor (foto 2014).

Interieur
Muren en gewelven volledig bekleed met gele “Klampsteen”-bakstenen. Vloeren bedekt met tegels van zwart marmer, versierd met terracotta in het koor. Een motief van bakstenen belijnt de muuropeningen op dezelfde manier als aan de buitenzijde. Borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. van de orgelgalerij (orgelbouwer Aloys Thunus, 1959) in terracotta. Kapel en doopkapel afgesloten door fijn smeedijzeren traliewerk. In deze kapellen bevinden zich de retabels met het Martelaarschap van Sint-Adrianus (atelier van Jan Borman de Grote, 1490-1495) en het Martelaarschap van Sint-Christoffel (Antwerpse school, ca. 1520). Allebei zijn ze uit de oude kapel afkomstig. Vier cirkelboogvormige biechtstoelen zijn ingewerkt in het metselwerk van de zijbeuken, die worden afgesloten door houten deuren met geometrische motieven. Preekstoel in zwart marmer versierd met het Lam Gods, een adelaar en de symbolen van de vier evangelisten.

Sint-Adrianuskerk, retabel (foto 2014).


Bronnen

Publicaties en studies
CULOT, M., HENNAUT, E., et al., L'Architecture Art Déco à Bruxelles 1920–1930 (Tentoonstellingscatalogus), AAM, Brussel, 1996, pp. 62-64.
HAINAUT, M., BOVY, Ph., Solbosch, Gemeente Elsene, Brussel, 2000 (À la découverte de l'histoire d'Ixelles, 8).

Tijdschriften
“Une nouvelle église paroissiale Saint-Adrien, à Brussel”, L'artisan et les arts liturgiques, 1, 1946, pp. 9-13.

Websites
Orgels in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest