
© Reproductierecht onder strikte voorwaarden
Identificatie
- ID
- 16817
Administratieve gegevens
- Onderzoek en redactie
- 2005-2007
Kenmerken
- Ontwerper(s)
- Louis SERRURE (1903 - architect)
- Stijl(en)
- Eclectisme
Beschrijving
Eclectisch opbrengsthuis n.o.v. arch. L. Serrure, 1903. In Hervormingsstraat gescheiden door koer van opslagplaats; laatst genoemde verbouwd tot kleine woning (1922).Hoekpand van drie bouwlagen met drie traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) in F. Neuraystraat en vier traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) in Hervormingsstraat. Op hoek winkelpand met korfboogvensters op pijlers1. Muurstut zonder entasis (kromming), mogelijk met basis en kapiteel; - 2. Massief gemetseld of betonnen steunelement met gewoonlijk rechthoekige doorsnede (vb. bruggepijler,…); alternerende wigstenen in hard- en witsteen; overhoeks portaal1. In muur uitgespaarde ruimte voor een deur of toegang; - 2. Meer gesloten, voor of achter een gebouw geplaatste beschutting (voorbouw, vestibule).. Op verdiepingen vnl. venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. onder I-balkIJzeren latei met I-profiel. en ronde ontlastingsboogBoog boven een venster- of deuropening die druk van het muurwerk op de stijlen afwentelt en zo het linteel ontlast.; blindZonder opening; blind venster, schijnopening. op hoek; centraal tweelichtenTweedelige lichtopening, door deelzuiltje gesplitst..
In eerste twee traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) van Hervormingsstraat getoogdeBoog die minder dan een halve cirkel beschrijft; boog in de vorm van een cirkelsegment. Bij vensters spreekt men dan van een getoogd venster of steekboogvenster. venstersLicht- en/of luchtopening in een muur., verder drielichtenGroep van drie smalle vensters binnen dezelfde omlijsting, onderling gescheiden door deelzuiltjes of stijlen/monelen; centraal venster soms hoger dan beide andere. met centrale glasdeurDeur waarvan het grootste deel uit glas bestaat. naar balkon met gietijzerenHard, bros en niet smeedbaar ijzer; gegoten in herbruikbare mallen; meestal gebruikt voor de borstwering van balkons. borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. en blindeZonder opening; blind venster, schijnopening. venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. op hoek.
Binnenkoer afgesloten door muur met poort onder I-balkIJzeren latei met I-profiel. en ontlastingsboogBoog boven een venster- of deuropening die druk van het muurwerk op de stijlen afwentelt en zo het linteel ontlast..
Opslagplaats van twee bouwlagen en één traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...). In oorsprong enkel tweelichtenTweedelige lichtopening, door deelzuiltje gesplitst. onder ontlastingsboogBoog boven een venster- of deuropening die druk van het muurwerk op de stijlen afwentelt en zo het linteel ontlast., maar in eerste bouwlaag verbouwd tot één breed vensterLicht- en/of luchtopening in een muur. onder I-balkIJzeren latei met I-profiel. en rechts geflankeerd door kleine deur. Bewaard schrijnwerkVerzameling van al het (niet-constructief) houten materiaal zoals deuren, vensterkozijnen, erkeronderdelen, kroonlijst, …; bij uitbreiding ook materiaal in aluminium, PVC, ... .
Archieven
GAE/DS 127-33; 261-20.
GAE/DS 127-33; 261-20.
Afkortingen | Onderzoek en redactie : 2005-2007.