Typologie(ën)
herenhuis
Ontwerper(s)
INCONNU - ONBEKEND – 1829
Stijlen
Neoclassicisme
Inventaris(sen)
- Bouwen door de eeuwen heen in Brussel. Stad Brussel (1989-1993)
- Permanente actualisatie van de inventaris van het Bouwkundig Erfgoed (DPC-DCE)
Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)
- Artistiek
- Esthetisch
- Historisch
- Stedenbouwkundig
Onderzoek en redactie
2016
id
Urban : 30639
Beschrijving
Herenhuis in
neoclassicistische stijl, 1829.
Drie bouwlagen en vijf traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) onder zadeldakDak met twee hellende dakvlakken.. Gevel op sokkel, kordongeleding, klassiek hoofdgestelHoog horizontaal lijstwerk ter bekroning van een gevel., en brede toegangstraveeTravee waarin de toegang is ondergebracht. met inrijpoort; vernieuwde bepleistering (1896). Steekboogpoort op pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel. met stafwerkkapiteel, en aansluitend balkon op voluutconsoles; toegevoegd linker balkon en ijzeren borstweringen1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. (1896). Rechthoekige venstersLicht- en/of luchtopening in een muur., vlak omlijst op de benedenverdieping (heden diep uitgesnedenVerdiept aanbrengen, beitelen,… met opheffing van souterrainvenster), met geriemde omlijsting en doorgetrokken lekdrempels op de verdiepingen.
Drie bouwlagen en vijf traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) onder zadeldakDak met twee hellende dakvlakken.. Gevel op sokkel, kordongeleding, klassiek hoofdgestelHoog horizontaal lijstwerk ter bekroning van een gevel., en brede toegangstraveeTravee waarin de toegang is ondergebracht. met inrijpoort; vernieuwde bepleistering (1896). Steekboogpoort op pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel. met stafwerkkapiteel, en aansluitend balkon op voluutconsoles; toegevoegd linker balkon en ijzeren borstweringen1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. (1896). Rechthoekige venstersLicht- en/of luchtopening in een muur., vlak omlijst op de benedenverdieping (heden diep uitgesnedenVerdiept aanbrengen, beitelen,… met opheffing van souterrainvenster), met geriemde omlijsting en doorgetrokken lekdrempels op de verdiepingen.
Bronnen
Archieven
SAB/OW 24777 (1829), 24854 (1896).