Typologie(ën)

woning of opbrengsthuis (onbepaald)
beluik

Ontwerper(s)

INCONNU - ONBEKEND1600-1699

Stijlen

Traditionele architectuur
Neoclassicisme

Inventaris(sen)

  • Bouwen door de eeuwen heen in Brussel. Stad Brussel (1989-1993)
  • Permanente actualisatie van de inventaris van het Bouwkundig Erfgoed (DPC-DCE)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

  • Artistiek
  • Esthetisch
  • Historisch
  • Sociaal
  • Stedenbouwkundig

Onderzoek en redactie

2016

id

Urban : 32475
lees meer

Beschrijving

In kern traditioneel diephuis met oorspronkelijk twee bouwlagen en drie traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) onder afgesnuit zadeldak. Vroegere trapgevelGevel met een driehoekige bekroning die trapsgewijs versmalt. in neoclassicistische stijl aangepast of wederopgebouwd als lijstgevel (1847), waarbij vervanging van de geveltop door een lagere derde bouwlaag met schermfunctie, aangegeven door blinde zijvensters.
Gewone opstand met rechthoekige openingen op doorgetrokken lekdrempels, en kroonlijst op modillonsRechthoekig kraagstuk, ter versiering van een kroonlijst.. Verbouwde pui, met in de linkertravee de toegang tot de zogenaamde Snoeimesjesgang, begin 20e eeuw nog met een Lodewijk XV-deuromlijsting. Verankerde bakstenen achterpuntgevel met rondboogdoorgang onder vierkant bovenlichtBovenste gedeelte van een raam- of deurkozijn, gescheiden door een dwarsregel; soms voorzien van glas-in-lood en/of roeden..

Vroegere Snoeimesjesgang, afgesloten in 1861, met aan de zuidzijde verankerde traditionele bak- en zandsteenbebouwing van twee bouwlagen en een tiental traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) uit de 17e eeuw, witgekalkt op gepikte plint. Regelmatige ordonnantie van voormalige kruiskozijnen met kwarthol profiel aan de dagkantenBinnenkant (tussen muurvlak en kozijn) van de stijlen van een muuropeningen; soms geprofileerd of afgeschuind., en deur onder getralied driedelig bovenlichtBovenste gedeelte van een raam- of deurkozijn, gescheiden door een dwarsregel; soms voorzien van glas-in-lood en/of roeden. met bewaarde monelenStenen vensterstijl.. Latere uitbreidingen.

Bronnen

Archieven
SAB/OW 11210 (1847).
KIK, 104332A (1905).