Typologie(ën)

herenhuis
relicten van de stadsomwalling

Ontwerper(s)

INCONNU - ONBEKEND1775-1800

Stijlen

Neoclassicisme

Inventaris(sen)

  • Bouwen door de eeuwen heen in Brussel. Stad Brussel (1989-1993)
  • Permanente actualisatie van de inventaris van het Bouwkundig Erfgoed (DPC-DCE)
  • Urgentie-inventaris van het bouwkundig erfgoed van de Brusselse agglomeratie (Sint-Lukasarchief 1979)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

  • Artistiek
  • Esthetisch
  • Historisch
  • Stedenbouwkundig

Onderzoek en redactie

2016

id

Urban : 33191
lees meer

Beschrijving

Herenhuis in laat-classicistische stijl, met drie bouwlagen en zes traveeën onder zadeldakDak met twee hellende dakvlakken., ca. 1775-1800; hoofdzakelijk inwendig verbouwd in 1899.

Oorspronkelijk bepleisterdeMuur of plafond bedekt met een laag mortel op basis van een mengsel van kalk, gips of cement en zand, met of zonder andere fijne toeslagmaterialen. en beschilderde gevel op sokkel met keldermonden. Symmetrische gevelopbouw gemarkeerd door zijrisalieten onder frontonDriehoekige of segmentvormige bekroning van een gevel of muuropening.: brede rondboogpoorten - rechter gedicht - met vlakke sluitsteen en gestrekte druiplijst, op consolesVoornamelijk voluut- of S-vormig kraagstuk, soms ook louter decoratief. met volutenSpiraalvormig ornament; meestal gebruikt als aanzetstuk van topgevels, bij deur- en vensteromlijstingen of als steunbeer., rozet en guirlande; verticaal oplopende vensternis hogerop, geaccentueerd door geriemde omlijstingen, borstweringversiering met schijfmotief tussen bewerkte voluutconsoles, en rozetsleutel. Verlaagde glasdeurenDeur waarvan het grootste deel uit glas bestaat. met gebuiktMet een buik staand; welvend oppervlak dat een ongelijkmatige boogwerking vertoont. gietijzerenHard, bros en niet smeedbaar ijzer; gegoten in herbruikbare mallen; meestal gebruikt voor de borstwering van balkons. balkon (1899) boven de poorten. Voorts horizontale geleding door de geprofileerde puilijst en kordonvormende lekdrempels van de lagere bovenste verdieping. Verdiepte rechthoekige venstersLicht- en/of luchtopening in een muur., met lekdrempel en vlak paneel op de borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. op de eerste twee bouwlagen, diamantkopsleutel op de derde; benedenvensters evenwel verlaagd (1899). HoofdgestelHoog horizontaal lijstwerk ter bekroning van een gevel. met geprofileerd kordonUitspringende, horizontale geleding over de hele breedte van een gevel, om verdiepingen te markeren of als verlenging van de (lek)dorpels., blindeZonder opening; blind venster, schijnopening. friesHorizontale band om een muurvlak in te delen of aan de bovenzijde te begrenzen; al dan niet beschilderd of versierd (terracotta, sgrafitto, cementtegels…). en kroonlijst met klossenKraagstuk van een kroonlijst met verfijnd uitgesneden en/of gefreesd hangend element of drop. en tandlijst.
Op de ontpleisterde zandstenen voorgevel na gesloopt in 1991, voor de bouw van een hotel n.o.v. architect M.P. Leunen. Hierbij werd een muurfragment van de eerste stadsomwalling (11e-13e eeuw) blootgelegd.

Bronnen

Archieven
SAB/OW 24408 (1899).