Typologie(ën)
gelijkvloers met handelszaak
opbrengsthuis
opbrengsthuis
Ontwerper(s)
Antoine MENNESSIER – architect – 1877
Stijlen
Neogotiek
Inventaris(sen)
- Bouwen door de eeuwen heen in Brussel. Stad Brussel (1989-1993)
- Permanente actualisatie van de inventaris van het Bouwkundig Erfgoed (DPC-DCE)
Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)
- Artistiek
- Esthetisch
- Historisch
- Stedenbouwkundig
Onderzoek en redactie
2016
id
Urban : 33509
Beschrijving
Neogotisch rijhuis, drie bouwlagen + entresol en drie traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) onder
gecombineerde bedaking (loodrecht op en parallel met straat, leien) met
uitgewerkte houten dakkapellenUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap., op gevelsteenStenen plaat of blok, aangebracht in of op een gevel, met opschrift. gesigneerd architect Antoine
Mennessier en op banderol gedateerd 1877. Door Stad Brussel gerenoveerd in
1982.
Bak- en natuurstenen puntgevelGevel waarvan de top driehoekig is. met rijk decor ontleend aan het gotische
repertorium: toepassing van de Brugse travee(Neo-) Vlaamse renaissance gevelordonnantie, bestaande uit nisvormige traveeën.; geprofileerde spits- en
korfbooglijsten met kruisbloemen, bladwerk en gebeeldhouwde consolesVoornamelijk voluut- of S-vormig kraagstuk, soms ook louter decoratief.;
colonnetten en drielob- en driepastraceringen op de borstweringen1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust.; griffioenen
ter schraging van het bel-etagebalkon. Verder muurvlechtingen en sierankers, op
de entresol als initialen G en D (vermoedelijk van de bouwheer Georges
Dubosch). Pui met Corintische gietijzerenHard, bros en niet smeedbaar ijzer; gegoten in herbruikbare mallen; meestal gebruikt voor de borstwering van balkons. hoekzuilen onder brede overspannende
boog, onderbroken voor het in de puilijst opgenomen entablement met bewerkte consolesVoornamelijk voluut- of S-vormig kraagstuk, soms ook louter decoratief. van verdwenen (?) of geplande
beelden; centraal uitstalraam volgens geveltekening in zwikkenHoekstuk tussen een boog en de omlijsting waarin de boog gevat is. verfraaid door
gebeeldhouwde figuren; aanvankelijk privédeur links met beslagVerzameling van metalen elementen op een deur of raam., geheng en
bovenlicht.
Bronnen
Archieven
SAB/OW 10614 en 10620 (1877).
Tijdschriften
L’Emulation, 1884, jg. 9, kol. 89, pl. 28.
Opmerkelijke bomen in de nabijheid