Typologie(ën)

opbrengsthuis

Ontwerper(s)

Stijlen

Neoclassicisme

Inventaris(sen)

  • Bouwen door de eeuwen heen in Brussel. Stad Brussel (1989-1993)
  • Permanente actualisatie van de inventaris van het Bouwkundig Erfgoed (DPC-DCE)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

  • Artistiek
  • Esthetisch
  • Historisch
  • Stedenbouwkundig

Onderzoek en redactie

2016

id

Urban : 31302
lees meer

Beschrijving

Op hoek met Spoormakersstraat. Opbrengsthuis in neoclassicistische stijl, 1849, ter vervanging van een diephuis met verhoogde barokke halsgevelGevel waarvan de geveltop rechthoekig is en geflankeerd wordt door (gebeeldhouwde) vleugel- of klauwstukken..

Vier bouwlagen en zes traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) onder zadeldakDak met twee hellende dakvlakken.. BepleisterdeMuur of plafond bedekt met een laag mortel op basis van een mengsel van kalk, gips of cement en zand, met of zonder andere fijne toeslagmaterialen. en beschilderde gevel met hardstenen elementen. HoektraveeTravee op de hoek (meestal 45°) van een gebouw. geaccentueerd door verticaal oplopende entablementenHoofdgestel of onderdeel ervan (vb. kroonlijst) als bekroning van muuropening; entablement vaak op consoles. met verdiepte pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel. in superposerende orde, achtereenvolgens Dorisch met trigliefen, Ionisch en Korintisch. Rechthoekige vensters, in de zijtraveeën met geriemde omlijsting en lekdrempel op consolesVoornamelijk voluut- of S-vormig kraagstuk, soms ook louter decoratief.. Vernieuwde kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). boven friesHorizontale band om een muurvlak in te delen of aan de bovenzijde te begrenzen; al dan niet beschilderd of versierd (terracotta, sgrafitto, cementtegels…). en kordonUitspringende, horizontale geleding over de hele breedte van een gevel, om verdiepingen te markeren of als verlenging van de (lek)dorpels.. Benedenverdieping met rondboogtoegang in schuine traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...), tussen halfzuilenZuil die met het muurwerk verbonden is, maar slechts over de halve dikte uitspringt. op polygonale sokkel en onder geprofileerde waterlijstVooruitspringende rand in het gevelvlak die regenwater buiten gevel laat afdruppelen.. Gevels met klassieke puien. Recente halve attiekMuur of bouwlaag boven de kroonlijst die meestal het dak aan het gezicht onttrekt..

Bronnen

Archieven
SAB/OW 29062 (1849).