Typologie(ën)

opbrengsthuis

Ontwerper(s)

Stijlen

Eclectisme
Art nouveau

Inventaris(sen)

  • Bouwen door de eeuwen heen in Brussel. Stad Brussel (1989-1993)
  • Permanente actualisatie van de inventaris van het Bouwkundig Erfgoed (DPC-DCE)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

  • Artistiek
  • Esthetisch
  • Historisch
  • Stedenbouwkundig

Onderzoek en redactie

2016

id

Urban : 33180
lees meer

Beschrijving

Huurhuis met dubbelhuisopstand, in sobere art nouveauInternationale beweging (1893 - ca. 1914) als reactie op de ‘neo’-stijlen, maar met sterk lokale verschillen. In België kent de stijl twee stromingen, namelijk de florale art nouveau met Victor Horta als boegbeeld en anderzijds de geometrische art nouveau beïnvloed door Paul Hankar of de Wiener Secession., naar ontwerp van architect E. Van Lerberghe van 1911.

Vier bouwlagen en drie traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) onder pseudomansarde (leien). Telkens twee tweekamerwoningen met keuken per verdieping. Lijstgevel van gele baksteen met gebruik van hardsteen onder meer voor de benedenbouw, hoekblokken en banden. Smal, hoger oplopend middenrisaliet - inkom en trappenhuisGedeelte van een gebouw waarin de trappen zijn ondergebracht. - met gebogen afwerking. Bredere zijtraveeën : winkelpui met zij-ingang en typische houten roeden onder I-balk met rozetten ; tweelichtenTweedelige lichtopening, door deelzuiltje gesplitst. met gegroefde middenpost op de bovenverdieping, afgewerkt met een friesHorizontale band om een muurvlak in te delen of aan de bovenzijde te begrenzen; al dan niet beschilderd of versierd (terracotta, sgrafitto, cementtegels…). en gebroken kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). op klossenKraagstuk van een kroonlijst met verfijnd uitgesneden en/of gefreesd hangend element of drop., waarboven telkens een getoogde dakkapelUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap.. Alternerend gebogen en rechthoekige openingen, onder meer ingediepte borstweringen1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust., en typische profilering van de hardstenen onderdelen.



Bronnen

Archieven
SAB/OW 24316 (1911).