Typologie(ën)

opbrengsthuis
gelijkvloers met handelszaak

Ontwerper(s)

H. MAQUET1893

Stijlen

Neoclassicisme

Inventaris(sen)

  • Bouwen door de eeuwen heen in Brussel. Stad Brussel (1989-1993)
  • Permanente actualisatie van de inventaris van het Bouwkundig Erfgoed (DPC-DCE)
  • Urgentie-inventaris van het bouwkundig erfgoed van de Brusselse agglomeratie (Sint-Lukasarchief 1979)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

  • Artistiek
  • Esthetisch
  • Historisch
  • Stedenbouwkundig

Onderzoek en redactie

2016

id

Urban : 33468
lees meer

Beschrijving

Imposant kopgebouw (Schildknaapsstraat nr. 28, Koninginnestraat nr. 23) met drie bouwlagen en totaal veertien traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) onder mansardedakGebroken kap of Frans dak met met steile ondervlakken en licht hellende bovenvlakken. (leien), opgetrokken als «Café Riche» in 1894-1895, waarvoor licht afwijkend gevelontwerp van architect H. Maquet van 1893.

Heden «Openbare Bibliotheek». Gebouwd ter plaatse van een als paviljoen opgevat neoclassicistisch hoekgebouw, met attiekaflijning. Bepleisterde gevels in eclectische stijl met neobarokkeNeobarok (ca 1860-1914): Historiserende architectuur die verwijst naar de barok (17e tot 18e eeuw) en die naar haar vormentaal teruggrijpt door middel van het gebruik van voluut- en klokgevels, kolossale pilasters, zware decoratie (bossage, zware omlijstingen, enz.). kenmerken. Verticaliserende opbouw door de geboste pilastergeleding beneden en de gegroefde kolossale Ionische pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel. op de bovenverdieping. Horizontale markering door het omlopend gietijzerenHard, bros en niet smeedbaar ijzer; gegoten in herbruikbare mallen; meestal gebruikt voor de borstwering van balkons. bel-etagebalkon op dubbele consolesVoornamelijk voluut- of S-vormig kraagstuk, soms ook louter decoratief., de cordons en het
entablement met architraafHoofdbalk; het onderste, dragende deel van een klassiek hoofdgestel, meestal geleed door banden. onder tand- en kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). op klossenKraagstuk van een kroonlijst met verfijnd uitgesneden en/of gefreesd hangend element of drop.. Rechthoekige venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. tussen pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel., op de bovenste bouwlaag voorzien van ijzeren leuningen. DakvenstersUit het dakvlak opgaand stenen venster dat met de gevel in verbinding staat of er enkel door een kroonlijst van gescheiden is. met boogfronton, tussen langgerekte volutenSpiraalvormig ornament; meestal gebruikt als aanzetstuk van topgevels, bij deur- en vensteromlijstingen of als steunbeer.. Ordonnantie met rondboogopeningen op de begane grond licht gewijzigd door verlaging van dorpelsHorizontaal bouwonderdeel van een venster of deur (onderdorpel, tussendorpel, bovendorpel). en plaatsen van brede vitrines naar ontwerp van architect Alfred Chambon, volgens bouwaanvraag van 1925.

Bronnen

Archieven
SAB/OW10472 (1894-1895), 32013 (1925).