Typologie(ën)

kantoorgebouw
gelijkvloers met handelszaak

Ontwerper(s)

J.-J. VAN DEN ENGarchitect1935

Stijlen

Modernisme

Inventaris(sen)

  • Bouwen door de eeuwen heen in Brussel. Stad Brussel (1989-1993)
  • Permanente actualisatie van de inventaris van het Bouwkundig Erfgoed (DPC-DCE)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

  • Artistiek
  • Esthetisch
  • Historisch
  • Stedenbouwkundig

Onderzoek en redactie

2016

id

Urban : 33363
lees meer

Beschrijving

Handels-/kantoorgebouw naar ontwerp van architect J.J Van den Eng van 1935, in de gevel gedateerd 1936.

Zes bouwlagen en zes traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) onder plat dak. Betonstructuur; gevel met bekleding van marmer voor de pui, gele baksteen en simili-natuursteen voor de bovenbouw. Opbouw in horizontale registersVensterstrook in een topgevel., belijnd door cordonvormende lekdrempels en geprononceerde borstweringen1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust., met brede, verdiepte rechthoekige vensters. Voorlaatste verdieping geaccentueerd door pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel. en een gekorniste kroonlijst waarop vlaggenmasten in de middenpartij, friezenHorizontale band om een muurvlak in te delen of aan de bovenzijde te begrenzen; al dan niet beschilderd of versierd (terracotta, sgrafitto, cementtegels…). met geometrisch patroon aan weerszijden. Hoogste verdieping als terugwijkende attiekMuur of bouwlaag boven de kroonlijst die meestal het dak aan het gezicht onttrekt.. Vernieuwd metalen raamwerkVast of bewegend houten of metalen omlijsting van een ruit binnen een kozijn., voorheen met kleine roeden. Oorspronkelijk vijf winkels met kleine woning op de eerste twee bouwlagen; de bovenverdiepingen met flexibele ruimte-opvatting en middengang; inkom en trappenhuisGedeelte van een gebouw waarin de trappen zijn ondergebracht. in de rechtertravee.

Bronnen

Archieven
SAB/OW47069 (1935).

Tijdschriften
Bâtir, 1937, 51, p. 1066-1067.