Typologie(ën)
opbrengsthuis
Ontwerper(s)
INCONNU - ONBEKEND – 1908
J. DELSTANCHE – architect – 1908
Stijlen
Eclectisme
Neoclassicisme
Inventaris(sen)
- Bouwen door de eeuwen heen in Brussel. Stad Brussel (1989-1993)
- Permanente actualisatie van de inventaris van het Bouwkundig Erfgoed (DPC-DCE)
Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)
- Artistiek
- Esthetisch
- Historisch
- Stedenbouwkundig
Onderzoek en redactie
2016
id
Urban : 32562
Beschrijving
Twee
gelijkaardige opbrengsthuizen met neoclassicistische inslag, 1908, nr. 14-18 naar
een ontwerp van architect J. Delstanche.
Bepleisterde gevels met symmetrische compositieTypische gevelopstand bestaande uit drie gelijke traveeën; in Brussel komt dit geveltype vaak voor met drie bouwlagen volgens verkleinende ordonnantie; de centrale travee wordt in vele gevallen rijker uitgewerkt en benadrukt door haar licht te laten uitspringen en/of door één of meerdere balkons; het grondplan bestaat over het algemeen uit een aaneenschakeling van kamers. van vier bouwlaag, respectievelijk onder zadel- en mansardedakGebroken kap of Frans dak met met steile ondervlakken en licht hellende bovenvlakken., op nr. 14-16 met dakkapellenUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap. onder frontonDriehoekige of segmentvormige bekroning van een gevel of muuropening.. Kordongeleding. Centrale balkons met gebuikteMet een buik staand; welvend oppervlak dat een ongelijkmatige boogwerking vertoont. gietijzerenHard, bros en niet smeedbaar ijzer; gegoten in herbruikbare mallen; meestal gebruikt voor de borstwering van balkons. borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust.. Respectievelijk getoogde en rechthoekige venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. op verdiepingen met geriemde omlijsting, doorgetrokken lekdrempels en onderdorpel. Klassiek hoofdgestelHoog horizontaal lijstwerk ter bekroning van een gevel.. Winkelpuien met zijdeuren en pilasters.
Bepleisterde gevels met symmetrische compositieTypische gevelopstand bestaande uit drie gelijke traveeën; in Brussel komt dit geveltype vaak voor met drie bouwlagen volgens verkleinende ordonnantie; de centrale travee wordt in vele gevallen rijker uitgewerkt en benadrukt door haar licht te laten uitspringen en/of door één of meerdere balkons; het grondplan bestaat over het algemeen uit een aaneenschakeling van kamers. van vier bouwlaag, respectievelijk onder zadel- en mansardedakGebroken kap of Frans dak met met steile ondervlakken en licht hellende bovenvlakken., op nr. 14-16 met dakkapellenUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap. onder frontonDriehoekige of segmentvormige bekroning van een gevel of muuropening.. Kordongeleding. Centrale balkons met gebuikteMet een buik staand; welvend oppervlak dat een ongelijkmatige boogwerking vertoont. gietijzerenHard, bros en niet smeedbaar ijzer; gegoten in herbruikbare mallen; meestal gebruikt voor de borstwering van balkons. borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust.. Respectievelijk getoogde en rechthoekige venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. op verdiepingen met geriemde omlijsting, doorgetrokken lekdrempels en onderdorpel. Klassiek hoofdgestelHoog horizontaal lijstwerk ter bekroning van een gevel.. Winkelpuien met zijdeuren en pilasters.
Bronnen
Archieven
SAB/OW 3269 en 3268 (1908).