Typologie(ën)
opbrengsthuis
Ontwerper(s)
Hubert DE KOCK – architect – 1899
Stijlen
Eclectisme
Neoclassicisme
Inventaris(sen)
- Bouwen door de eeuwen heen in Brussel. Stad Brussel (1989-1993)
- Permanente actualisatie van de inventaris van het Bouwkundig Erfgoed (DPC-DCE)
Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)
- Artistiek
- Esthetisch
- Historisch
- Stedenbouwkundig
Onderzoek en redactie
2016
id
Urban : 31990
Beschrijving
Opbrengsthuis
in eclectische stijl met neoclassicistische inslag naar ontwerp van architect
Hubert De Kock, 1899.
Hoekpand met vijf bouwlagen, de tweede als tussenverdiepingLage verdieping tussen twee bouwlagen; vaak boven commerciële benedenverdieping gelegen. en zes traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) onder zadeldakDak met twee hellende dakvlakken.. Bepleisterde gevel met schijnvoegenImitatievoeg in metsel - of pleisterwerk, aangebracht om regelmatige verdeling te bewerkstelligen of bijvoorbeeld natuurstenen parement (simili) te suggereren. op hardstenen benedenverdieping met winkelpuien en puilijst op consolesVoornamelijk voluut- of S-vormig kraagstuk, soms ook louter decoratief.. Accent op de afgeschuinde hoektraveeTravee op de hoek (meestal 45°) van een gebouw., tussen kolossale pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel. onder bekronend frontonDriehoekige of segmentvormige bekroning van een gevel of muuropening.; ritmering verder via bredere risalieten. Balkons met (vervangen) borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. tussen stenen wangenStenen zijkanten van schouwmantel, balkonborstwering, of andere., doorlopend in kordonUitspringende, horizontale geleding over de hele breedte van een gevel, om verdiepingen te markeren of als verlenging van de (lek)dorpels., op de tweede bouwlaag; derde bouwlaag oorspronkelijk voorzien van Franse balkonsBorstwering tussen de dagkanten van een naar binnen openslaand venster dat tot de vloer doorloopt. met gietijzerenHard, bros en niet smeedbaar ijzer; gegoten in herbruikbare mallen; meestal gebruikt voor de borstwering van balkons. borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust.. Klassiek hoofdgestelHoog horizontaal lijstwerk ter bekroning van een gevel..
In Aalststraat, lagere vrijstaande traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) en gelijktijdig opgetrokken opbrengsthuis (nr. 4-6), met eenvoudige opstand.
Hoekpand met vijf bouwlagen, de tweede als tussenverdiepingLage verdieping tussen twee bouwlagen; vaak boven commerciële benedenverdieping gelegen. en zes traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) onder zadeldakDak met twee hellende dakvlakken.. Bepleisterde gevel met schijnvoegenImitatievoeg in metsel - of pleisterwerk, aangebracht om regelmatige verdeling te bewerkstelligen of bijvoorbeeld natuurstenen parement (simili) te suggereren. op hardstenen benedenverdieping met winkelpuien en puilijst op consolesVoornamelijk voluut- of S-vormig kraagstuk, soms ook louter decoratief.. Accent op de afgeschuinde hoektraveeTravee op de hoek (meestal 45°) van een gebouw., tussen kolossale pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel. onder bekronend frontonDriehoekige of segmentvormige bekroning van een gevel of muuropening.; ritmering verder via bredere risalieten. Balkons met (vervangen) borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. tussen stenen wangenStenen zijkanten van schouwmantel, balkonborstwering, of andere., doorlopend in kordonUitspringende, horizontale geleding over de hele breedte van een gevel, om verdiepingen te markeren of als verlenging van de (lek)dorpels., op de tweede bouwlaag; derde bouwlaag oorspronkelijk voorzien van Franse balkonsBorstwering tussen de dagkanten van een naar binnen openslaand venster dat tot de vloer doorloopt. met gietijzerenHard, bros en niet smeedbaar ijzer; gegoten in herbruikbare mallen; meestal gebruikt voor de borstwering van balkons. borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust.. Klassiek hoofdgestelHoog horizontaal lijstwerk ter bekroning van een gevel..
In Aalststraat, lagere vrijstaande traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) en gelijktijdig opgetrokken opbrengsthuis (nr. 4-6), met eenvoudige opstand.
Bronnen
Archieven
SAB/OW 10551 en 10552 (1899).