Typologie(ën)

herenhuis

Ontwerper(s)

Armand DELALIEUXarchitect1927

Stijlen

Beaux-Artsstijl
Neorenaissance

Inventaris(sen)

  • Actualisatie van de Urgentie-Inventaris (Sint-Lukasarchief - 1993-1994)
  • Actualisatie van het inventarisatieproject van het Bouwkundig Erfgoed (DMS-DML - 1995-1998)
  • Permanente actualisatie van de inventaris van het Bouwkundig Erfgoed (DPC-DCE)
  • Het monumentale erfgoed van België. Brussel Uitbreiding Zuid (Apeb - 2005-2008)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

  • Artistiek
  • Esthetisch
  • Historisch
  • Stedenbouwkundig

Onderzoek en redactie

2005-2006

id

Urban : 16060
lees meer

Beschrijving

In Bossquare. Herenhuis in Beaux-ArtsstijlArchitectuurstroming (ca. 1905-1930) met reminiscenties aan de grote Franse architectuurstijlen uit de 18e eeuw. Rijk en zorgvuldig gedecoreerde gevels in natuursteen en/of simili of in combinatie met baksteen. Borstweringen en poorten in fraai uitgewerkt smeedwerk. met elementen van neo-Franse renaissance, n.o.v. arch. A. Delalieux, 1927.

Vier bouwlagen en drie traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) onder mansardedakGebroken kap of Frans dak met met steile ondervlakken en licht hellende bovenvlakken.. Witstenen gevel. Op benedenverdieping twee metalen inrijpoorten onder steekboogBoog die minder dan een halve cirkel beschrijft; boog in de vorm van een cirkelsegment. Bij vensters spreekt men dan van een getoogd venster of steekboogvenster., aan weerszijden van getralied uitspringend vensterLicht- en/of luchtopening in een muur.. In tweede bouwlaag bow-windowErker (afk. Engels, van bow: buiging, en window: venster) die door haar gebogen vorm integrerend deel uitmaakt van de gevel en de achterliggende ruimte. met venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. met tussenstijlen en -dorpels; in derde bouwlaag bekroond met terras met balustradeHekwerk van spijlen of balusters.. Hele gevel met pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel. waarop ruiten en driehoeken. Breed hoofdgestelHoog horizontaal lijstwerk ter bekroning van een gevel. geritmeerd door kleine pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel. onder stenen kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). en met inscriptie: “NULLI CLAUDARIS AMICO” (Sluit je niet af voor een vriend). Twee laterale houten dakkapellenUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap. en centraal dakvensterUit het dakvlak opgaand stenen venster dat met de gevel in verbinding staat of er enkel door een kroonlijst van gescheiden is. in vorm van aediculaVersieringsmotief, ontleend aan de klassieke bouwkunst, vormt samenstel van pijlers en een klassieke bekroning. met pinakelsSlanke beëindiging in de vorm van een gotisch torentje.. Oorspronkelijk schrijnwerkVerzameling van al het (niet-constructief) houten materiaal zoals deuren, vensterkozijnen, erkeronderdelen, kroonlijst, …; bij uitbreiding ook materiaal in aluminium, PVC, ... .

Bronnen

Archieven
SAB/OW 34520 (1927).