Typologie(ën)

herenhuis
bijgebouwen

Ontwerper(s)

Stijlen

Beaux-Artsstijl

Inventaris(sen)

  • Actualisatie van de Urgentie-Inventaris (Sint-Lukasarchief - 1993-1994)
  • Actualisatie van het inventarisatieproject van het Bouwkundig Erfgoed (DMS-DML - 1995-1998)
  • Permanente actualisatie van de inventaris van het Bouwkundig Erfgoed (DPC-DCE)
  • Het monumentale erfgoed van België. Brussel Uitbreiding Zuid (Apeb - 2005-2008)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

  • Artistiek
  • Esthetisch
  • Historisch
  • Stedenbouwkundig

Onderzoek en redactie

2006-2007

id

Urban : 16126
lees meer

Beschrijving

Indrukwekkend herenhuis in Beaux-ArtsstijlArchitectuurstroming (ca. 1905-1930) met reminiscenties aan de grote Franse architectuurstijlen uit de 18e eeuw. Rijk en zorgvuldig gedecoreerde gevels in natuursteen en/of simili of in combinatie met baksteen. Borstweringen en poorten in fraai uitgewerkt smeedwerk. i.o.v. s.a. Immobilière du Solbosch, 1928.

Eerst bewoond door familie Coppée; sinds enkele jaren zetel van Japanse ambassade.
In 1929 diende dezelfde opdrachtgever plannen in voor twee bijgebouwen in dezelfde stijl: chauffeurswoning met garages en butlerwoning. Sinds 1989-1990 beide gebouwen gescheiden van herenhuis en nu individuele woningen met eigen nr. in Victorialaan. Tussen gebouwen verzorgde symmetrische tuin met o.a. niveauverschillen verbonden door trappartijen en een centrale rechthoekige vijver.

Stadspaleis met twee bouwlagen onder mansardedakGebroken kap of Frans dak met met steile ondervlakken en licht hellende bovenvlakken. met dubbele rij dakkapellenUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap.. In noordelijke zijgevel uitbouw van twee bouwlagen onder tentdak met hoofdingang. Bakstenen gevel met witstenen elementen. Voor- en achtergevel met symmetrische compositieTypische gevelopstand bestaande uit drie gelijke traveeën; in Brussel komt dit geveltype vaak voor met drie bouwlagen volgens verkleinende ordonnantie; de centrale travee wordt in vele gevallen rijker uitgewerkt en benadrukt door haar licht te laten uitspringen en/of door één of meerdere balkons; het grondplan bestaat over het algemeen uit een aaneenschakeling van kamers. van zeven traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...). Drie middelste traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) aan straatzijde in risalietRisaliet (Italiaans, van risalto: uitstekend deel), vooruitspringend volume van een gevel dat over de hele hoogte doorloopt en soms hoger is; naar gelang de positie worden er midden-, zij- en hoekrisalieten onderscheiden. en begrensd door kolossale pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel. en bekroond door indrukwekkend frontonDriehoekige of segmentvormige bekroning van een gevel of muuropening.. Tuingevel met centrale witstenen traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) eveneens bekroond door frontonDriehoekige of segmentvormige bekroning van een gevel of muuropening..
Hoofdingang binnen stenen hoofdtraveeBredere en rijker uitgewerkte travee, meestal van een huis met asymmetrische compositie; vaak in risaliet en onder bekronende topgevel. onder frontonDriehoekige of segmentvormige bekroning van een gevel of muuropening. en ingang binnen bossageomlijsting. Zuidelijke zijgevel met vijf regelmatige traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) gedeeltelijk voorafgegaan door Engelse koer met dienstingang.
Op benedenverdieping rondboogvensters, op verdieping getoogde venstersLicht- en/of luchtopening in een muur., alle binnen stenen omlijsting. Kenmerkende smeedijzeren borstweringen1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust.. TimpaanMonumentaal driehoekig of segmentvormig boogveld, meestal besloten in een fronton; vaak rijkelijk versierd. van frontonsDriehoekige of segmentvormige bekroning van een gevel of muuropening. met reliëf van guirlandes en hoornen des overvloeds. DakkapellenUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap. onder gebogen kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement).. Œils-de-bœuf in mansarde.
Tuinhek en borstweringen1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. oorspronkelijk. SchrijnwerkVerzameling van al het (niet-constructief) houten materiaal zoals deuren, vensterkozijnen, erkeronderdelen, kroonlijst, …; bij uitbreiding ook materiaal in aluminium, PVC, ...  met roedeverdeling vervangen.

Bronnen

Archieven
SAB/OW 36507 (1928), 36635 (1929), 90677 (1989), 92406 (1990).