Emile De Motlaan 16

Appartementsgebouw in Beaux-ArtsstijlArchitectuurstroming (ca. 1905-1930) met reminiscenties aan de grote Franse architectuurstijlen uit de 18e eeuw. Rijk en zorgvuldig gedecoreerde gevels in natuursteen en/of simili of in combinatie met baksteen. Borstweringen en poorten in fraai uitgewerkt smeedwerk. met symmetrische compositieTypische gevelopstand bestaande uit drie gelijke traveeën; in Brussel komt dit geveltype vaak voor met drie bouwlagen volgens verkleinende ordonnantie; de centrale travee wordt in vele gevallen rijker uitgewerkt en benadrukt door haar licht te laten uitspringen en/of door één of meerdere balkons; het grondplan bestaat over het algemeen uit een aaneenschakeling van kamers. i.o.v. Société belge immobilière en n.o.v. arch. Camille Damman, 1925.

Bakstenen gevel met elementen in similiBepleistering ter imitatie van natuursteen.. Zeven bouwlagen, waarvan twee laatste in attiekMuur of bouwlaag boven de kroonlijst die meestal het dak aan het gezicht onttrekt., onder mansardedakGebroken kap of Frans dak met met steile ondervlakken en licht hellende bovenvlakken.; vijf gelijke traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...), twee laterale in risalietRisaliet (Italiaans, van risalto: uitstekend deel), vooruitspringend volume van een gevel dat over de hele hoogte doorloopt en soms hoger is; naar gelang de positie worden er midden-, zij- en hoekrisalieten onderscheiden. en bekroond met gebogen frontonDriehoekige of segmentvormige bekroning van een gevel of muuropening.. Rechthoekige of korfboogvensters, vaak met monumentale sleutelSluitsteen van een opening; weerhoudt de gewelfstenen in een boog of gewelf. of mascaronGehouwen versiering onder de vorm van een (fantastisch) mensen- of dierenmasker. voorzien van guirlande. Aan elk uiteinde, toegang naar garage. SouterrainHoge kelder of half verzonken verdieping. uitspringend, waarboven terras voor venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. van benedenverdieping. Centrale toegangsdeur onder rondboogBoog waarvan de kromming een halve cirkel beschrijft.. In tweede bouwlaag doorlopend  balkon met deels opengewerkte borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust.. Op middelste verdiepingen glasdeurenDeur waarvan het grootste deel uit glas bestaat. met balkon met smeedijzeren borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust.. AttiekverdiepingenVerdieping (soms halve verdieping), gelegen net boven de kroonlijst of als terugspringende hoogste verdieping van een gebouw.  met doorlopend  balkon, in zesde bouwlaag op indrukwekkende consolesVoornamelijk voluut- of S-vormig kraagstuk, soms ook louter decoratief.. MansardedakGebroken kap of Frans dak met met steile ondervlakken en licht hellende bovenvlakken. met zinken oculiKlein rond, ovaal of polygonaal venster.. Oorspronkelijke smeedijzeren elementen: prachtig tuinhek, borstweringen1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. en deuren. Oorspronkelijk schrijnwerkVerzameling van al het (niet-constructief) houten materiaal zoals deuren, vensterkozijnen, erkeronderdelen, kroonlijst, …; bij uitbreiding ook materiaal in aluminium, PVC, ... . Ter hoogt van hoogste bouwlaag monumentale friesHorizontale band om een muurvlak in te delen of aan de bovenzijde te begrenzen; al dan niet beschilderd of versierd (terracotta, sgrafitto, cementtegels…). met guirlandeversiering op gemeenschappelijke zijgevels.

Interieur. Twee appartementen per verdieping. Bewaarde Otislift in open schachtDe ruimte waarin de liftkooi en/of het tegengewicht bewegen, begrensd door de wanden, het plafond en de bodem van de put. De schacht kan gesloten of gedeeltelijk open zijn. .