Typologie(ën)

woning

Ontwerper(s)

Jules BRUNFAUTarchitect1900

Stijlen

Eclectisme
Neo-Egyptisch

Inventaris(sen)

  • Actualisatie van de Urgentie-Inventaris (Sint-Lukasarchief - 1993-1994)
  • Actualisatie van het inventarisatieproject van het Bouwkundig Erfgoed (DMS-DML - 1995-1998)
  • Urgentie-inventaris van het bouwkundig erfgoed van de Brusselse agglomeratie (Sint-Lukasarchief 1979)
  • Het monumentale erfgoed van België. Brussel Uitbreiding Oost (Apeb - 2006-2009)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

  • Artistiek
  • Esthetisch
  • Historisch
  • Stedenbouwkundig

Onderzoek en redactie

2006-2008

id

Urban : 18092
lees meer

Beschrijving

Huis in eclectische stijl met asymmetrische compositieTypische gevelopstand bestaande uit twee ongelijke traveeën; in Brussel komt dit geveltype vaak voor met drie bouwlagen volgens verkleinende ordonnantie; de hoofdtravee is meestal breder, rijker uitgewerkt en wordt verder benadrukt door licht vooruit te springen en/of door één of meer balkons; de kelders zijn meestal hoog, wat zich vertaalt in een hoge onderbouw; het grondplan bestaat over het algemeen uit een aaneenschakeling van kamers., n.o.v. architect Jules Brunfaut, 1900.

Gevel volledig in witsteen met venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. onder boogConstructie waarvan de beschrijvende lijnen delen van cirkels of gebogen lijnen zijn en waarin alle drukkrachten optreden. en spitsboogvormige archivoltGeprofileerde of versierde omlijsting van een boog.. DrielichtGroep van drie smalle vensters binnen dezelfde omlijsting, onderling gescheiden door deelzuiltjes of stijlen/monelen; centraal venster soms hoger dan beide andere. in twee eerste bouwlagen van hoofdtraveeBredere en rijker uitgewerkte travee, meestal van een huis met asymmetrische compositie; vaak in risaliet en onder bekronende topgevel.; centraal vensterLicht- en/of luchtopening in een muur. onder korfboogBoog samengesteld uit een aantal ineenvloeiende cirkelbogen die samen nagenoeg een liggende ellips vormen., laterale onder asymmetrische boogConstructie waarvan de beschrijvende lijnen delen van cirkels of gebogen lijnen zijn en waarin alle drukkrachten optreden., net als impostvensterVenster boven een deur en ervan gescheiden door een stenen dorpel, een entablement of een muurvlak. boven deur; in derde bouwlaag gekoppeldeTwee of meerdere identieke bouwelementen (vensters, zuilen, pilasters) die tot een groter (symmetrisch) geheel zijn samengevoegd. venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. onder rondboogBoog waarvan de kromming een halve cirkel beschrijft.. VenstersLicht- en/of luchtopening in een muur. van toegangstraveeTravee waarin de toegang is ondergebracht. eveneens onder rondboogBoog waarvan de kromming een halve cirkel beschrijft.. Op benedenverdieping smeedijzeren borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust.. In tweede bouwlaag gewelfd balkon op consolesVoornamelijk voluut- of S-vormig kraagstuk, soms ook louter decoratief. en met smeedijzeren borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. tussen postamenten1. Rechthoekig voetstuk van een standbeeld; - 2. Balkvormige stenen bekroning; - 3. Stenen zijstukken van een balkonborstwering.. Deur onder frontonDriehoekige of segmentvormige bekroning van een gevel of muuropening. en dubbel impostvensterVenster boven een deur en ervan gescheiden door een stenen dorpel, een entablement of een muurvlak. met glas-in-loodraam. Twee ongelijke dakkapellenUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap., met thans deels verdwenen dakstoelMeestal driehoekig samenstel van dragende onderdelen van een kap, in één vlak, haaks op het dakvlak en veelal opgebouwd uit één of meerdere elementen op elkaar (kapgebinten).. Bewaard schrijnwerkVerzameling van al het (niet-constructief) houten materiaal zoals deuren, vensterkozijnen, erkeronderdelen, kroonlijst, …; bij uitbreiding ook materiaal in aluminium, PVC, ... .

Interieur goed bewaard. Hal in Carraramarmer. Vloer van trappenhuisGedeelte van een gebouw waarin de trappen zijn ondergebracht. in mozaïek met antiquiserende friesHorizontale band om een muurvlak in te delen of aan de bovenzijde te begrenzen; al dan niet beschilderd of versierd (terracotta, sgrafitto, cementtegels…). met golfmotief. LambriseringWandbetimmering, meestal bestaande uit paneelwerk, aangebracht tegen een binnenmuur (vaak het onderste gedeelte ervan); later ook in marmer, stucwerk, … met verstrengelde lijnen. TrappaalHoofdbaluster aan de eerste trede van een trap. met volutenSpiraalvormig ornament; meestal gebruikt als aanzetstuk van topgevels, bij deur- en vensteromlijstingen of als steunbeer.. Op benedenverdieping drie kamers in enfilade en met eiken parket. Vooraan salon met elementen van neo-Lodewijk XVIHistoriserende architectuur die zich vanaf ca. 1910 ontwikkelt. Neemt de neoclassicistische ornamenten uit de periode van Lodewijk XVI over, zoals ovale medaillons, laurierguirlandes, fascesmotief, enz.. In centrale kamer opmerkelijk neo-EgyptischHistoriserende stijl die teruggrijpt naar de vormentaal van het oude Egypte met o.m. bundelzuilen met papyrus- en palmenkapitelen, de holgebogen kroonlijst alsook de voor deze antieke cultuur typerende versieringen. In Brussel werd de neo-Egyptische stijl aangewend in een aantal vrijmetselaarstempels. plafond met papyrusvormige balken en beschilderd decor. Schouw in rood marmer.

Bronnen

Archieven
SAB/OW 8574 (1900).

Publicaties en studies
DE HENS, G., MARTINY, V.-G., Une école d'architecture, des tendances 1766-1991, Académie royale des Beaux-Arts de Bruxelles, Brussel, 1992, pp. 97-98.

Tijdschriften
Architecture et Décoration, 9, 1903, pl. 43 en 44.