Typologie(ën)

opbrengsthuis

Ontwerper(s)

L. VUYLSTEKEarchitect1907

Stijlen

Art nouveau
Eclectisme

Inventaris(sen)

  • Actualisatie van de Urgentie-Inventaris (Sint-Lukasarchief - 1993-1994)
  • Actualisatie van het inventarisatieproject van het Bouwkundig Erfgoed (DMS-DML - 1995-1998)
  • Permanente actualisatie van de inventaris van het Bouwkundig Erfgoed (DPC-DCE)
  • Urgentie-inventaris van het bouwkundig erfgoed van de Brusselse agglomeratie (Sint-Lukasarchief 1979)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

  • Artistiek
  • Esthetisch
  • Historisch
  • Stedenbouwkundig

Onderzoek en redactie

2016

id

Urban : 36067
lees meer

Beschrijving

Geheel van twee huizen in eclectische stijl met invloed van de art nouveauInternationale beweging (1893 - ca. 1914) als reactie op de ‘neo’-stijlen, maar met sterk lokale verschillen. In België kent de stijl twee stromingen, namelijk de florale art nouveau met Victor Horta als boegbeeld en anderzijds de geometrische art nouveau beïnvloed door Paul Hankar of de Wiener Secession., ontworpen door architect L. Vuylsteke i.o.v. metselaars Verdoot, terzelfder tijd als achterliggende bijgebouwen, 1907.

Op nr.22, opstand van drie bouwlagen met asymmetrische compositie. Gevel in lichtgekleurde baksteen van Modave met hardstenen elementen. Hoge onderbouwHoge sokkel, reikend tot ongeveer het midden van de toegang; meestal in hardsteen. in breuksteenMetselwerk bestaande uit brokken onregelmatige natuursteen.. Smalle toegangstraveeTravee waarin de toegang is ondergebracht. en derde verdieping in risaliet. Deur onder onregelmatig uitgesnedenVerdiept aanbrengen, beitelen,… boogConstructie waarvan de beschrijvende lijnen delen van cirkels of gebogen lijnen zijn en waarin alle drukkrachten optreden., bekroond door een sgraffitoSgraffito (Italiaans, van sgraffiare: krabben), decoratieve muurtechniek waarbij men een donkere pleisterlaag (doorgaans zwart, roetbruin of grijs) met een lichtgekleurde pleisterlaag bedekt; door de bovenste, nog niet verharde, laag weg te nemen volgens een vooraf bepaald grafisch ontwerp ontstaat een verdiepte tekening; de lichtgekleurde pleisterlaag kan bovendien gekleurd worden ‘al fresco’ (op de verse pleister) of ‘al secco’ (op de droge pleister). met de werktuigen van de metselaar en door een rondboogvenster, het geheel gevat in één arcade met archivoltGeprofileerde of versierde omlijsting van een boog.. Keldervenster met moneelStenen vensterstijl.. Balkon met smeedijzeren borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. versierd met decoratieve elementen in plat smeedijzerTaai, ‘kneedbaar’ ijzer dat ambachtelijk wordt ‘gesmeed’ (gehamerd bij hoge temperatuur) tot decoratieve bouwonderdelen als tuinhekken, borstweringen…, voor een T-vormige glasdeur waarvan de boogConstructie waarvan de beschrijvende lijnen delen van cirkels of gebogen lijnen zijn en waarin alle drukkrachten optreden. wordt geflankeerd door dubbele consoles die de uitsprong van de laatste bouwlaag dragen en waartussen zich een sgraffito met vrouwenprofiel in medaillonRonde of ovale cartouche. bevindt. In de laatste bouwlaag, venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. onder een onregelmatig uitgesneden boogConstructie waarvan de beschrijvende lijnen delen van cirkels of gebogen lijnen zijn en waarin alle drukkrachten optreden. met een of twee monelenStenen vensterstijl.. Bewaarde kroonlijst met geometrische korbelen1. Diagonale houten balk ter ondersteuning van overkragende elementen zoals een luifel, een kroonlijst,…; 2. Balk om de verbinding tussen trekker en spantbeen in een kapspant te versterken. op stenen druiper. Bewaarde deur met raam met plat traliewerk dat onder meer een bij voorstelt. Raamwerk vervangen, behalve dat van het impostvensterVenster boven een deur en ervan gescheiden door een stenen dorpel, een entablement of een muurvlak., met een roedeverdeling die een cirkel vormt, en de structuur van het raamwerk op de benedenverdieping.

Op nr.24, opstand van twee bouwlagen en twee brede traveeën. Bakstenen gevel met hardstenen elementen. Vensters onder trapezoïdale boogConstructie waarvan de beschrijvende lijnen delen van cirkels of gebogen lijnen zijn en waarin alle drukkrachten optreden.. Op de rechtertravee, toegangsdeur en inrijpoort onder bewerkte I-balkIJzeren latei met I-profiel., bekroond door een tussenverdiepingLage verdieping tussen twee bouwlagen; vaak boven commerciële benedenverdieping gelegen. met drielichtGroep van drie smalle vensters binnen dezelfde omlijsting, onderling gescheiden door deelzuiltjes of stijlen/monelen; centraal venster soms hoger dan beide andere., vensters rechts gekoppeldTwee of meerdere identieke bouwelementen (vensters, zuilen, pilasters) die tot een groter (symmetrisch) geheel zijn samengevoegd., met smeedijzeren borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust.. Op de verdieping, glasdeurenDeur waarvan het grootste deel uit glas bestaat. en per twee gekoppelde vensters, de eerste achter eenzelfde balkon met gebuikteMet een buik staand; welvend oppervlak dat een ongelijkmatige boogwerking vertoont. gietijzeren borstwering. Fries op het hoofdgestelHoog horizontaal lijstwerk ter bekroning van een gevel. versierd met twee sgraffiti met gestileerd plantendecor. Bewaarde kroonlijst met drie uitgesnedenVerdiept aanbrengen, beitelen,… consolesVoornamelijk voluut- of S-vormig kraagstuk, soms ook louter decoratief.. Twee vernieuwde houten dakkappelen; oorspronkelijk vormden ze een hoefijzerboog doorbroken door twee pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel. met topstuk. Raamwerk met bovenlichtBovenste gedeelte van een raam- of deurkozijn, gescheiden door een dwarsregel; soms voorzien van glas-in-lood en/of roeden. met geometrische roedeverdeling rond reliëfglas, waaronder een in geel glas; bovenlichtenBovenste gedeelte van een raam- of deurkozijn, gescheiden door een dwarsregel; soms voorzien van glas-in-lood en/of roeden. op de verdieping thans vervangen. Bewaarde deur met getralied raam. Traliewerk van het keldervenster verwijderd.

Toegankelijk via nr.24 en zich uitstrekkend achter nr.22 tot 26-28, gebouw evenwijdig aan de straat, met oorspronkelijk de slijpkamer, de remise en de stal. In 1920 werd het gebouw vergroot om te worden gebruikt als biermagazijn, voordat het werd verbouwd tot een garage die de hele achterzijde van het perceel inneemt in 1952 (n.o.v. architect François De Bondt).

Bronnen

Archieven
SAB/OW Laken 1412 (1907), Laken 5311 (1920), 28548 (1921), 61134 (1952), 71754 (1952).

Tijdschriften
Album de la Maison Moderne, jg. 2, 1909, pl. 61.