Onderzoek en redactie

2018

 

Bekijk de weerhouden gebouwen

De Madridlaan is een lange, gebogen verkeersweg die begint aan het uiteinde van de Koninklijk Parklaan en de Van Praetlaan en uitmondt aan de Romeinsesteenweg. Met haar oostelijke tegenhanger, de Meiseselaan, boordt ze de A12-snelweg af. Op de laan komen verscheidene wegen van de Heizelvlakte uit: de Dikke Lindelaan en de Graaf Moens de Ferniglaan, de Purperbeukenlaan en de Kreupelboslaan, die door het Ossegempark lopen, de Atomiumlaan en tot slot de Esplanade.

De laan vindt haar oorsprong in de Oude Meisesesteenweg, die van Laken naar Meise liep. Op initiatief van koning Leopold II werd de laan een eerste keer verbreed tot 28 meter bij K.B. van 26.09.1883. Nadien, omdat hij de kastelen van Laken en Boechout met een prestigieuze laan wou verbinden, belastte de koning de Franse landschapsarchitect Emile Lainé met de plannen voor een nieuwe verbreding, ditmaal tot 156 meter. Daartoe wou de vorst zoveel mogelijk terreinen langs de steenweg verwerven. In 1902 legde Lainé zijn ontwerp aan de koning voor. Het was geïnspireerd op de Parijse Avenue du Bois-de-Boulogne (thans de Avenue Foch). Het ging om drie evenwijdige rijstroken, de centrale breder en met de zijdelingse verbonden door middel van kleine bochtige wegen. Het geheel werd verfraaid met bomen, bosjes en grasperken. Het kruispunt van de Dikke Linde – de naam verwees naar een boom die in 1909 afstierf – werd omgevormd tot een rotonde, waar op het zuidelijke deel in 1903 een replica werd opgesteld van de Neptunusfontein van Jean de Bologne (Giambologna), die in opdracht van Leopold II was gemaakt.

Om het project te kunnen verwezenlijken, werden in 1902 drie overeenkomsten afgesloten tussen aannemer Edmond Parmentier, die als gevolmachtigde van de koning optrad, en respectievelijk het Kroondomein, de Staat en de gemeente Laken. De onteigeningskosten vielen ten laste van de koning en van de Kroonstichting, terwijl de Staat voor de werken moest instaan. De terreinen die de toekomstige laan zouden afboorden, zouden als percelen bouwgrond worden verkocht, op voorwaarde dat de gebouwen minder dan drie vijfden van het terrein innamen – de koning wou immers rond de laan een standingvolle residentiële wijk scheppen. Het tracé van de laan, die Meiseselaan werd gedoopt, werd goedgekeurd bij K.B.van 09.01.1903. De werken op grondgebied Laken werden tussen 1904 en 1908 uitgevoerd. Ten westen van de laan, beginnend ter hoogte van het huidige nr. 130b Madridlaan, bleef een overblijfsel van de oude weg lange tijd bewaard, onder de naam ancienne chaussée de Meysse [oude Meisesesteenweg]. Tot aan Expo 58 werd ze door tuinbouwserres afgeboord. De private berijdbare weg langs Paleis 12 in het oosten, loodrecht op de Romeinsesteenweg, is daar vandaag nog het enige restant van.

In het vooruitzicht van de Wereldtentoonstelling van 1935 werd de pare zijde van de Meiseselaan verfraaid met monumentale ingangen en andere tijdelijke voorzieningen. Twee decennia later werd de site opnieuw gebruikt, nu door Expo 58. Als gevolg daarvan zou de door Leopold II beoogde residentiële wijk nooit het daglicht zien aan deze kant van de laan, die de gemeenteraad tot Madridlaan omdoopte tijdens de zitting van 23.01.1961. Naar verluidt was deze naam een eerbetoon aan koningin Fabiola, van Spaanse origine, die op 15.12.1960 met koning Boudewijn was gehuwd.

In 1956 werd, met het oog op van Expo 58, de snelweg Brussel-Antwerpen aangelegd die het uitzicht van de Meiseselaan en van de rotonde van de Dikke Linde ingrijpend veranderde. De rijen kastanjebomen langs de centrale rijstrook werden weliswaar gedeeltelijk bewaard, maar de centrale rijstrook zelf werd buiten gebruik gesteld, ten voordele van twee baanvakken van de autosnelweg die aan weerszijden ervan werden aangelegd. Deze baanvakken verlengen de Vuurkruisenlaan en de Van Praetlaan en lopen over een brede ronde oprit naar het knooppunt van de A12-autosnelweg, die aan de zuidkant bereikbaar was via de Koninklijk Parklaan en aan de noordkant via de rotonde van de Mutsaardlaan. Van dan af liep de tramlijn in een geul via station De Wand, voordat ze verdween in een tunnel in zuidelijke richting die onder aan de Eeuwfeestlaan uitkwam of terug bovengronds liep langs de Meiseselaan, tot aan een eindhalte waarover de voetgangersbrug naar de site van de Expo liep (zie notitie).

De Madridlaan loopt thans langs het Belvédèrekasteel en de overblijfselen van het Amerikaans Paviljoen van Expo 58 (zie Dikkelindelaan nr. 2). Aan het noordelijke uiteinde van het Ossegempark staan twee gebouwen: een villa uit de jaren 1920 (zie nr. 98) en de tot school omgebouwde kinderbewaarplaats van Expo 58 (zie nr. 100). In het bouwblok tussen de Atomiumlaan en de Esplanade werd vóór 1930 een groot langwerpig gebouw onder zadeldak opgetrokken (nr. 130b), met vensters met betonnen verdelingen. Na de Tweede Wereldoorlog werd het als rolschaatsbaan gebruikt, de Patinoire du Centenaire, voordat het tot douanekantoor werd omgevormd tijdens Expo 58. Nadien werd het gebouw opnieuw voor roller skating bestemd, zoals blijkt uit de overblijfselen van een buitenpiste die vóór 1971 aan de noordkant van het complex werd aangelegd. Sinds de jaren 1980 dient het complex als opslagplaats en kantoorgebouw.

Bronnen

Archieven
SAB/FI W-10833 (1946).
SAB/OW 57131 (1883-1886), 97290 (1956), 130b. 89902 (1986).

Publicaties en studies
COSYN, A., Laeken Ancien & Moderne, Imprimerie scientifique Charles Bulens, Brussel, 1904, p. 138.
Het gulden boek van de Wereldtentoonstelling Brussel 1935, Uitvoerend Comité van de Tentoonstelling, Brussel, p. 24.
RANIERI, L., Léopold II urbaniste, Hayez, Brussel, 1973, pp. 115-120.
VAN KRIEKINGE, D., Essai de toponymie laekenoise, Laken, 1995, s. p.
VAN NIEUWENHUYSEN, P., Toponymie van Laken (doctoraatsverhandeling in de Germaanse Filologie), UCL, Louvain-la-Neuve, 1998, pp. 1414, 1433-1435.

Tijdschriften
Almanach du Commerce et de l’Industrie
, “Reine Astrid (avenue)”, 1946.
VAN DER ELST, W., “De lotgevallen van de Meiselaan”, LACA Tijdingen, 4, jaargang 15, 04.06.2004.