Jean-Baptiste Depairelaan 26

Modernistische burgerwoning, n.o.v. architecten Defalque en Maury, 1937.

Opstand van drie bouwlagen onder plat dak. Gevel bepleisterdMuur of plafond bedekt met een laag mortel op basis van een mengsel van kalk, gips of cement en zand, met of zonder andere fijne toeslagmaterialen. met “grès blanc du Jura suisse reconstitué” [witte gres uit Zwitserse Jurasteen]. Benedenverdieping in beschilderde steen, oorspronkelijk gepland in baksteen. Garagepoort en toegangsdeur met geprofileerde omlijsting. Op elke verdieping, laag vensterregister met afgeschuinde dagkantBinnenkant (tussen muurvlak en kozijn) van de stijlen van een muuropeningen; soms geprofileerd of afgeschuind.. Fijne betonnen kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement).. Oorspronkelijk schrijnwerk; beglaasde metalen toegangsdeur, drieledige garagepoort met kleine oculi en ronde stootstangen; houten raamwerkVast of bewegend houten of metalen omlijsting van een ruit binnen een kozijn..
Oorspronkelijk tuinhek met smeedijzeren traliewerk.

Centraal trappenhuisGedeelte van een gebouw waarin de trappen zijn ondergebracht. en achterliggend bijgebouw onder zadeldakDak met twee hellende dakvlakken.. Op de bel-etage, trap uitgevend op de woonruimten.