Typologie(ën)
appartementsgebouw
Ontwerper(s)
Raoul J. BRUNSWYCK – architect – 1961
Stijlen
naoorlogs modernisme
Inventaris(sen)
- Het monumentale erfgoed van België. Laken (Archistory - 2016-2019)
Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)
- Artistiek
- Esthetisch
- Historisch
- Stedenbouwkundig
Onderzoek en redactie
2018
id
Urban : 38465
Beschrijving
Modernistisch
appartementsgebouw, n.o.v. architect Raoul J. Brunswyck, 1961. Metalen
signatuur op de benedenverdieping “RAOUL BRUNS(WY)CK / ARCHITECTE”.
Opstand van vier bouwlagen onder plat dak, de eerste halfondergronds en met brede garagepoort en terugwijkende toegangsportiek. Op de verdiepingen, twee ongelijke traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...), de linkertravee met loggia’s achter een breder balkon. Op de zijkanten van de gevel, kolossale pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel. bekleed met platen schist in vier soorten. Borstweringen1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. gedeeltelijk met hetzelfde parementGevel- of muurbekleding.. Bouwlagen belijnd door banden kwartsplaten. Zelfde type bekleding, in metselverbandWijze waarop bakstenen aan de buitenzijde van een muur zijn gerangschikt., op de pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel. die de traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) scheiden. PilasterPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel. op de benedenverdieping bekleed met marmerplaten. Portiek1. Open galerij of zuilengang waarvan het dak op zuilen of arcades rust; - 2. Classicistische ruimte vóór een toegangsdeur die terugspringt of niet gelijk is met de voorgevel; - 3. Samenstel van twee zuilen onder architraaf die overgang tussen twee ruimtes accentueert. met hardstenen vloer, linkerwand met glasstenen en rechterwand met houten lambriseringWandbetimmering, meestal bestaande uit paneelwerk, aangebracht tegen een binnenmuur (vaak het onderste gedeelte ervan); later ook in marmer, stucwerk, …; oorspronkelijke deur met metalen raamwerk en een lange houten stootstang met V-profiel. Oorspronkelijke garagepoort. Balkons met metalen hek met verticale staven en, aan de linkerkant, een plaat blauw glasal. RaamwerkVast of bewegend houten of metalen omlijsting van een ruit binnen een kozijn. vervangen, oorspronkelijk in metaal, met borstweringen1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. van sandwichpanelen in glasal. Breed uitkragende betonnen kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement)..
Eén appartement per verdieping. Centraal trappenhuisGedeelte van een gebouw waarin de trappen zijn ondergebracht.. Keuken en woonkamer vooraan, twee kamers achteraan. Badkamer in het midden.
Opstand van vier bouwlagen onder plat dak, de eerste halfondergronds en met brede garagepoort en terugwijkende toegangsportiek. Op de verdiepingen, twee ongelijke traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...), de linkertravee met loggia’s achter een breder balkon. Op de zijkanten van de gevel, kolossale pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel. bekleed met platen schist in vier soorten. Borstweringen1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. gedeeltelijk met hetzelfde parementGevel- of muurbekleding.. Bouwlagen belijnd door banden kwartsplaten. Zelfde type bekleding, in metselverbandWijze waarop bakstenen aan de buitenzijde van een muur zijn gerangschikt., op de pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel. die de traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) scheiden. PilasterPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel. op de benedenverdieping bekleed met marmerplaten. Portiek1. Open galerij of zuilengang waarvan het dak op zuilen of arcades rust; - 2. Classicistische ruimte vóór een toegangsdeur die terugspringt of niet gelijk is met de voorgevel; - 3. Samenstel van twee zuilen onder architraaf die overgang tussen twee ruimtes accentueert. met hardstenen vloer, linkerwand met glasstenen en rechterwand met houten lambriseringWandbetimmering, meestal bestaande uit paneelwerk, aangebracht tegen een binnenmuur (vaak het onderste gedeelte ervan); later ook in marmer, stucwerk, …; oorspronkelijke deur met metalen raamwerk en een lange houten stootstang met V-profiel. Oorspronkelijke garagepoort. Balkons met metalen hek met verticale staven en, aan de linkerkant, een plaat blauw glasal. RaamwerkVast of bewegend houten of metalen omlijsting van een ruit binnen een kozijn. vervangen, oorspronkelijk in metaal, met borstweringen1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. van sandwichpanelen in glasal. Breed uitkragende betonnen kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement)..
Eén appartement per verdieping. Centraal trappenhuisGedeelte van een gebouw waarin de trappen zijn ondergebracht.. Keuken en woonkamer vooraan, twee kamers achteraan. Badkamer in het midden.
Bronnen
Archieven
SAB/OW 77111 (1961).
Opmerkelijke bomen in de nabijheid