Typologie(ën)

herenhuis

Ontwerper(s)

Stijlen

Eclectisme
Neo-Vlaamse renaissance

Inventaris(sen)

  • Actualisatie van de Urgentie-Inventaris (Sint-Lukasarchief - 1993-1994)
  • Actualisatie van het inventarisatieproject van het Bouwkundig Erfgoed (DMS-DML - 1995-1998)
  • Permanente actualisatie van de inventaris van het Bouwkundig Erfgoed (DPC-DCE)
  • Urgentie-inventaris van het bouwkundig erfgoed van de Brusselse agglomeratie (Sint-Lukasarchief 1979)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

  • Artistiek
  • Esthetisch
  • Historisch
  • Stedenbouwkundig

Onderzoek en redactie

2016

id

Urban : 35889
lees meer

Beschrijving

Herenhuis in eclectische stijl met invloed van de Vlaamse Renaissancestijl, ontworpen voor een arts, dokter Van Engeland, in 1902.

Gebouw van twee bouwlagen, onder mansardedakGebroken kap of Frans dak met met steile ondervlakken en licht hellende bovenvlakken.. Gevel van vier traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...), waarvan de centrale gelijk zijn. Eerste en derde traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) in risalietRisaliet (Italiaans, van risalto: uitstekend deel), vooruitspringend volume van een gevel dat over de hele hoogte doorloopt en soms hoger is; naar gelang de positie worden er midden-, zij- en hoekrisalieten onderscheiden., de laatste uitspringend ten opzichte van die ernaast. Gevel in witsteen versierd met hardsteen. De meeste venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. in de bovenste bouwlagen zijn boogvormig, sommige onder archivoltGeprofileerde of versierde omlijsting van een boog.. Eerste en laatste traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) bekroond door een dakvensterUit het dakvlak opgaand stenen venster dat met de gevel in verbinding staat of er enkel door een kroonlijst van gescheiden is., de middentraveeën met dakkapelUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap. onder trapgevelGevel met een driehoekige bekroning die trapsgewijs versmalt.. Gemetselde trapgevels met ankers, de eerste drie met toppilasterOverhoekse pilaster ter bekroning van gevel., de laatste onder een boogvormig frontonDriehoekige of segmentvormige bekroning van een gevel of muuropening. met schelp. Op de eerste traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...), erkerRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld. bekroond door een terras. De tweede travee bevat de toegangsdeur, onder een boogvormige kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). en een boogfries op het entablementHoofdgestel of onderdeel ervan (vb. kroonlijst) als bekroning van muuropening; entablement vaak op consoles.. Op de laatste traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) bevond zich oorspronkelijk een inrijpoort, die in 1951 werd verbouwd tot garagepoort onder een tussenverdiepingLage verdieping tussen twee bouwlagen; vaak boven commerciële benedenverdieping gelegen. (architecten Boutelier en Vanbeginne). Balkon met stenen borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. en smeedijzeren traliewerk op de eerste verdieping, Frans balkonBorstwering tussen de dagkanten van een naar binnen openslaand venster dat tot de vloer doorloopt. in het dak. Oorspronkelijke gietijzerenHard, bros en niet smeedbaar ijzer; gegoten in herbruikbare mallen; meestal gebruikt voor de borstwering van balkons. borstweringen1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust.. Schrijnwerk vervangen.

De inrijpoort leidde oorspronkelijk naar een achtergebouw gebruikt als stal en koetshuis.

Bronnen

Archieven
SAB/OW Laken 5611 (1902), 59807 (1951).