Typologie(ën)

appartementsgebouw
gelijkvloers met handelszaak

Ontwerper(s)

Lucien DE VESTELarchitect1932-1935

Stijlen

Art deco

Inventaris(sen)

  • Permanente actualisatie van de inventaris van het Bouwkundig Erfgoed (DPC-DCE)
  • Het monumentale erfgoed van België. Anderlecht-Kuregem (Archistory - 2017-2019)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

  • Artistiek
  • Esthetisch
  • Historisch
  • Stedenbouwkundig

Onderzoek en redactie

2016, 2019

id

Urban : 37306
lees meer

Beschrijving

Geheel van drie analoge appartementsgebouwen in art-decostijl, waarvan twee met commerciële benedenverdieping, ontworpen door architect Lucien De Vestel voor ingenieur Henri Michel, het gebouw aan de Veeartsenstraat in 1932, dat aan de Tweestationsstraat in 1933 en dat op de hoek in 1935.

Gebouwen van vier bouwlagen onder plat dak, met symmetrische opstanden. Gevels in gele baksteen met beklemtoonde horizontale voegen en hardstenen elementen. Vlakken van opstaande bakstenen dienen als basis voor de uitsprongen en vormen een doorlopende hanenkam rond de muuropeningen. Doorlopende hoofdgestellenHoog horizontaal lijstwerk ter bekroning van een gevel., bestaande uit een uitspringend volume dat een kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). met een geprofileerde beplanking van planchetten vormt die de uitsprongen van de opstanden volgt. Schrijnwerk vervangen, behalve de private deuren, met zijvlak waarin zich de brievenbussen bevinden; de deuren van de zijgebouwen hebben een vleugel met twee boven elkaar geplaatste patrijspoorten en horizontale staven die door een T-vormige stootstang worden verbonden; de deur van het hoekgebouw heeft een beglaasde en getraliede vleugel.

Op nr. 3 Tweestationsstraat, opstand van vijf traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...), de centrale toegangstraveeTravee waarin de toegang is ondergebracht. smal en met een inspringende voorstevenvormige erkerRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld., beglaasd ter hoogte van de borstweringen van de verdiepingen. Aan weerszijden daarvan, traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) met een ronde hoek die terugwijkt naar de erkerRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld., waarvan de borstweringen1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. worden geritmeerd door uitspringende lagen bakstenen. De zijtraveeën zijn breder, met Franse balkons met stenen borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust.. Deur onder een hoge bakstenen hanenkamVlakke samengestelde latei, waarvan de stenen als boogstenen functioneren; in ruime zin slaat de term ook op een boog met een getrapte (pseudo-) boogrug. met een toppilaster die de voorstevenvormige erkerRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld. visueel verlengt.

Op nr. 95 Veeartsenstraat – 1 Tweestationsstraat, twee brede traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) op de verdiepingen, aan weerszijden van een hoektraveeTravee op de hoek (meestal 45°) van een gebouw. met drie traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...). Oorspronkelijk bevonden zich aan elke straat een winkel en op de hoek een cafézaal van twee bouwlagen. De uiterste traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) hebben elk een gestapelde erkerRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld. van drie bouwlagen, met beglaasde hoeken en centrale moneel. Ze bekronen een etalage met een deur, met aan de Veeartsenstraat het venster van het café en aan de Tweestationsstraat de private deur met stenen omlijsting; de winkeldeur is verwijderd aan deze kant. Gekoppelde venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. op de traveeën die de hoek afboorden, op de verdiepingen gescheiden door een inspringende muurdamParement tussen twee muuropeningen (vensters of deuren) in dezelfde bouwlaag.. Centrale gestapelde erkerRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld. met beglaasde hoeken op de hoektraveeTravee op de hoek (meestal 45°) van een gebouw..
Binnen, cafézaal die in 1936 werd ingericht door De Vestel, thans verbouwd.

Op nr. 91-93 Veeartsenstraat, opstand van vijf traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) op de verdiepingen, lichtjes inspringend tussen smalle kolossale pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel.. De centrale toegangstravee is smal, met verspringende bouwlagen; traveevlakken versierd met opstaande bakstenen met uitsprongen. Eenzelfde decor, horizontaal, belijnt de benedenverdieping, met twee brede etalages en een deur met stijlen in granito. Aan weerszijden van de toegangstravee, gestapelde erkersRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld. van drie bouwlagen en met geprofileerde zijvlakken.


Bronnen

Archieven
GAA/DS
 24862 (30.08.1932), 25835 (12.06.1933), 27128 (21.05.1935).
Stichting CIVA/fonds Lucien De Vestel.